Shared Flashcard Set

Details

Medicijnen STAT 2
Alle medicijnen uit stat 2 farmacotherapeutisch kompas
14
Medical
Graduate
03/28/2012

Additional Medical Flashcards

 


 

Cards

Term
Nitrofurantoïne
Definition
Werking: Werkzaam tegen de meeste grampositieve en gramnegatieve micro-organismen die urineweginfecties veroorzaken. Pseudomonas, Serratia en Proteus zijn in het algemeen resistent. De bactericide werking berust op interferentie met verschillende bacteriële enzymsystemen, die betrokken zijn bij de aërobe en anaërobe afbraak van glucose en pyruvaat (Krebs-cyclus).

Indicaties: Acute ongecompliceerde urineweginfecties, veroorzaakt door voor nitrofurantoïne gevoelige micro-organismen.

Contraindicaties: Overgevoeligheid voor nitrofuranen. Nierfunctiestoornissen (creatinineklaring ≤ 60 ml/min.). G6PD-deficiëntie. Long- of leverreactie dan wel perifere neuropathie in de anamnese na gebruik van nitrofurantoïne of andere nitrofuranen. Kinderen jonger dan een maand

Bijwerkingen: Meest frequent maag-darmstoornissen zoals misselijkheid, braken, anorexie, buikpijn en diarree. Verder komt hoofdpijn vrij frequent voor. Meest ernstig: perifere polyneuropathie
Term
Trimethoprim
Definition
Werking: De werking berust op blokkering van het enzym dihydrofoliumzuurreductase, waardoor de reductie van dihydrofoliumzuur tot tetrahydrofoliumzuur in de bacterie wordt voorkomen. Trimethoprim is actief tegen vele grampositieve en gramnegatieve micro-organismen.

Indicaties: Acute ongecompliceerde urineweginfecties

Contraindicaties: Ernstige lever- en nierfunctiestoornissen. Ernstige afwijkingen in het bloedbeeld. Toediening aan patiënten met acute porfyrie vermijden, omdat gebruik in verband is gebracht met klinische verergering van porfyrie.

Bijwerkingen: Meest voorkomend: jeuk en 'rash'. Verder maag-darmstoornissen zoals misselijkheid, braken en glossitis. Zelden: aseptische meningitis, allergische reacties

Interacties: De werking van orale anticoagulantia kan worden versterkt. De plasmaspiegels van fenytoïne en digoxine kunnen worden verhoogd.
Term
Fosfomycine
Definition
Werking: Bactericide antimicrobieel middel waarvan de werking berust op remming van het enzym enolpyruvyltransferase, dat betrokken is bij de synthese van de bacteriecelwand. Het werkingsspectrum is tamelijk breed en omvat zowel grampositieve (o.a. Staphylococcus aureus en saprophyticus, Streptococcus faecalis) als gramnegatieve (o.a. Escherichia coli, Proteus mirabilis, Haemophilus influenzae) micro-organismen

Indicaties: Acute ongecompliceerde urineweginfecties veroorzaakt door voor fosfomycine gevoelige micro-organismen bij jonge vrouwen vanaf 12 jaar.

Contraindicaties: Nierfunctiestoornissen (creatinineklaring < 80 ml/min).

Bijwerkingen: Maag-darmklachten zoals diarree, misselijkheid. Huidreacties.
Term
amoxicilline/clavulaanzuur
Definition
Werking: Amoxicilline is een bactericide antibioticum uit de groep aminopenicillinen. Het werkingsspectrum is breed en omvat grampositieve en gramnegatieve micro-organismen. Amoxicilline is penicillinase-gevoelig. Clavulaanzuur is een β-lactamaseremmer. Door de combinatie met clavulaanzuur wordt amoxicilline beschermd tegen afbraak door de meeste algemeen voorkomende β-lactamasen. Hierdoor wordt het spectrum van amoxicilline uitgebreid met onder andere penicillinasevormende stafylokokken, Klebsiella, Proteus mirabilis, Haemophilus influenzae en Bacteroides fragilis.

Indicaties: Infecties door voor de combinatie van amoxicilline en clavulaanzuur gevoelige micro-organismen.

Contraindicaties: Overgevoeligheid voor penicillinen en cefalosporinen. Door deze combinatie geïnduceerde geelzucht of geïnduceerde leverfunctiestoornis in de anamnese. De druppels en suspensies bevatten aspartaam en dienen daarom niet door kinderen en zwangere vrouwen met fenylketonurie te worden gebruikt.

Bijwerkingen: Vaak (1-10%): misselijkheid, braken, diarree, brijige ontlasting, buikpijn, type 1 allergische verschijnselen zoals urticaria, purpura, exantheem, lichte verhoging leverenzymen. Soms (0,1-1%): dyspepsie. Zelden (0,01-0,1%): pseudomembraneuze colitis, hemorragische colitis, mucocutane candidiasis, afwijkingen van het bloedbeeld zoals agranulocytose en trombocytopenie

Interacties: Fenylbutazon, oxyfenbutazon en in mindere mate acetylsalicylzuur, indometacine en sulfinpyrazon verlengen de plasmahalfwaardetijd door vermindering van de tubulaire secretie. De werking van penicillinen wordt geantagoneerd door bacteriostatische antibiotica. Bij gelijktijdig gebruik van aminoglycosiden kan een synergetisch effect optreden.
Term
Cotrimoxazol
Definition
Werking: een mengsel van trimethoprim en sulfamethoxazol in een verhouding van 1:5, dat bactericide werkt door remming van de synthese van tetrahydrofoliumzuur in het micro-organisme. Het werkingsspectrum omvat de meeste grampositieve en gramnegatieve micro-organismen en ook Chlamydia en Pneumocystis carinii.

Indicaties: Cotrimoxazol alleen toepassen wanneer gebruik van een enkelvoudig antibacterieel middel ongewenst of inadequaat is.

Contraindicaties: Ernstige leverparenchymbeschadiging. Nierinsufficiëntie en oligurie (creatinineklaring < 15 ml/min). Ernstige afwijkingen in het bloedbeeld. Overgevoeligheid voor sulfonamiden en/of trimethoprim. G6PD-deficiëntie. De eerste zes levensmaanden.

Bijwerkingen: Meest frequent: maag-darmstoornissen (misselijkheid, braken, anorexie, diarree, glossitis, stomatitis) en overgevoeligheidsreacties van de huid (maculopapuleus exantheem, urticaria, jeuk). Verder: duizeligheid, hoofdpijn, fotosensibilisatie, koorts, verschijnselen als bij serumziekte, kristalurie, toxische nierbeschadiging, hepatitis, leverbeschadiging.

Interacties: De werking van orale anticoagulantia en methotrexaat (meer kans op ernstige bloedbeeldafwijkingen) kan worden versterkt. De plasmaspiegels van fenytoïne en digoxine kunnen worden verhoogd. Het hypoglykemisch effect van sulfonylureumderivaten kan worden versterkt.
Term
ciprofloxacine
Definition
Werking: Gefluorideerde chinolonverbinding. Chinolonen hebben een bactericide werking en beïnvloeden de DNA-synthese door remming van het bacteriële DNA-gyrase. Het werkingsspectrum omvat met name gramnegatieve (incl. Pseudomonas aeruginosa) en grampositieve aërobe micro-organismen.

Contraindicaties: Kinderen jonger dan 16 jaar, m.u.v. kinderen vanaf 5 jaar met cystische fibrose (bij dieren in de groei zijn afwijkingen in het kraakbeen waargenomen). Overgevoeligheid voor chinolonen. Ernstige gecombineerde lever- en nierfunctiestoornissen. Peesaandoeningen in de anamnese, gerelateerd aan het gebruik van chinolonen.

Bijwerkingen: Vaak (1-10%): misselijkheid, diarree. Soms (0,1-1%): lokale reacties op de injectieplaats (vooral bij een inlooptijd ≤ 30 min), buikpijn, braken, dyspepsie, anorexie, flatulentie, candidiasis, tromboflebitis, huiduitslag, stijging leverenzym-, ureum-, creatinine- en bilirubinewaarden, braken, eosinofilie, leukopenie, gewrichtspijn, hoofdpijn, duizeligheid, agitatie, verwardheid, slaapstoornissen, allergische huidreacties.

Interacties: Ciprofloxacine remt CYP1A2 en kan hierdoor leiden tot een verhoogde serumconcentratie van gelijktijdig toegediende middelen (zoals theofylline, clozapine, ropinirol en tizanidine) die door dit enzym gemetaboliseerd worden. Aluminium- of magnesiumbevattende antacida, sucralfaat, calcium-, bismut-, zink- en ijzerzouten verminderen de resorptie van ciprofloxacine
Term
acetylsalicylzuur
Definition
Werking: Acetylsalicylzuur heeft analgetische, antipyretische en in hoge dosering antiflogistische werking. Het remt de trombocytenaggregatie, waardoor de bloedingstijd wordt verlengd. Werking: analgetisch en antipyretisch binnen 30 min, antiflogistisch binnen 1–4 dagen.

Contraindicaties: Bij eerder gebruik maagklachten en maagpijn. Ulcus pepticum, erosieve gastritis, maag-darmbloedingen, zowel actief als in de anamnese. Gastro-intestinale bloeding of perforatie als gevolg van gebruik van prostaglandinesynthetaseremmers. Cerebrovasculaire bloedingen.

Bijwerkingen: Frequent: maag-darmstoornissen zoals maagpijn, misselijkheid, braken, zuurbranden en dyspepsie. Bloedverlies in het maag-darmkanaal (meestal occult); bij langdurig of veelvuldig gebruik kan dit leiden tot bloedarmoede. Gastro-intestinale ulcera, (soms fatale) perforaties of bloedingen kunnen (vooral bij ouderen) voorkomen.

Interacties: Salicylaten versterken de werking van orale anticoagulantia en heparinen
Term
Clopidogrel
Definition
Werking: Bloedplaatjesaggregatieremmer, die werkzaam wordt na omzetting in een werkzame metaboliet, een thiolderivaat. De actieve thiolmetaboliet bindt zich snel en irreversibel aan de bloedplaatjesreceptoren en is niet in plasma aangetoond. Remt de plaatjesaggregatie die wordt geïnduceerd door adenosinedifosfaat (ADP) en de meeste andere plaatjesagonisten.

Indicaties: Profylaxe van atherotrombotische complicaties na een doorgemaakt hartinfarct (van enkele dagen tot < 35 dagen), na een doorgemaakt ischemisch cerebrovasculair accident (van 7 dagen tot < 6 mnd.) of bij een vastgestelde perifere arteriële aandoening. In combinatie met acetylsalicylzuur: profylaxe van atherotrombotische complicaties bij een acuut coronair syndroom zonder ST-segmentstijging

Contraindicaties: Ernstige leverfunctiestoornis. Pathologische bloedingen zoals uit een ulcus pepticum of intracraniële bloeding.

Bijwerkingen: Vaak (1–10%): hematoom, epistaxis, gastro-intestinale bloeding, diarree, buikpijn, dyspepsie, kneuzing, bloeding op plaats van injectie. Soms (0,1–1%): trombocytopenie, leukopenie, eosinofilie, intracraniële bloeding (sommige gevallen met fatale afloop zijn gerapporteerd), hoofdpijn, paresthesie, duizeligheid, oogbloeding (conjunctivaal, oculair, retinaal), maagulcus en duodenumulcus.

Interacties: Het versterkt de werking van acetylsalicylzuur op de collageen-afhankelijke bloedplaatjesaggregatie. Omdat er meer kans op bloedingen is, dient de gelijktijdige toediening met ASA, heparine, GPIIb/IIIa-inhibitoren of thrombolytica met voorzichtigheid te gebeuren.
Term
isosorbidedinitraat
Definition
Werking: Isosorbide-5-mononitraat (ISMN) is de belangrijkste metaboliet en wordt in een drie- tot vijfmaal hogere concentratie gevormd. Vaatverwijdend, in de gebruikelijke dosering vooral van het veneuze stelsel en in mindere mate van het arteriële vaatbed. Hierdoor behoeft het hart minder arbeid te verrichten, wordt minder zuurstof verbruikt en de door de tijdelijke ischemie van het myocardweefsel veroorzaakte pijn wordt opgeheven. De vullingsdruk van de linkerkamer neemt af, wat bij de gedecompenseerde patiënt een gunstiger verhouding teweegbrengt tussen de diastolische vulling van de linkerkamer en de pompwerking van het hart.

Indicaties: Oraal: onderhoudsbehandeling en instelling ervan bij angina pectoris; symptomatische behandeling van matig tot ernstig hartfalen, dat onvoldoende reageert op diuretica, ACE-remmers en hartglycosiden.
Oromucosaal: acute angina-pectorisaanvallen; profylaxe van angina-pectorisaanvallen bij meer dan normale inspanning.
Infusie: longstuwing ten gevolge van acuut linkszijdig hartfalen.

Contraindicaties: Verhoogde intracraniële druk, bijvoorbeeld bij hoofdtrauma of hersenbloeding. Ernstige anemie. Hypotensie. Shock. Myocardinsufficiëntie ten gevolge van obstructie. Overgevoeligheid voor nitraten. Intraveneuze toediening is gecontra-indiceerd bij hypotensie; cardiogene shock, wanneer geen aorta-ballonpomp kan worden toegepast.

Bijwerkingen: hoofdpijn, rood gezicht, duizeligheid, vermoeidheid, misselijkheid, hartkloppingen, (orthostatische) hypotensie.

interacties: Gelijktijdig gebruik met sildenafil, tadalafil en vardenafil is gecontra-indiceerd, omdat dit het vaatverwijdend effect versterkt en bij daarvoor gevoelige patiënten kan leiden tot levensbedreigende cardiovasculaire complicaties; patiënten die nitraten als onderhoudsbehandeling gebruiken dienen erop te worden gewezen dat de therapie met nitraten ook niet kortdurend mag worden onderbroken om sildenafil toe te dienen. Gelijktijdig gebruik van alcohol versterkt het hypotensieve effect.
Term
paracetamol
Definition
Acetanilidederivaat met analgetische en antipyretische werking.
Term
Ibuprofen
Definition
Prostaglandinesynthetaseremmer. Arylpropionzuurderivaat met analgetische, antiflogistische en antipyretische werking. NSAID.
Term
Tramadol
Definition
opiaatagonist met matige analgetische werking
Term
codeine
Definition
opiumalkaloid met analgetische en hoestdempende werking.
Term
morfine
Definition
Opiaatalkaloid met sterke analgetische werking.
Supporting users have an ad free experience!