Shared Flashcard Set

Details

RPR-NL-03
RPR-NL-03
964
Language - Dutch
Beginner
10/23/2023
Click here to study/print these flashcards.

Create your own flash cards! Sign up here.

Additional Language - Dutch Flashcards

 

 

Cards

Term
maar lastig zo'n tuin
 Definition
but such a garden
Term
geen verstand
 Definition
no sense
Term
dat snap ik
 Definition
I get that
Term
maar jij hoeft geen zware dozen te sjouwen
 Definition
but you don't have to lug heavy boxes
Term
bedacht
 Definition
invented
Term
dozen
 Definition
Boxes
Term
wat bedoel je
 Definition
what do you mean
Term
geweldig
 Definition
awesome
Term
om 9 am met sjouwen
 Definition
at 9 am with lugging
Term
verdiepingen
 Definition
floors
Term
spannend
 Definition
exciting
Term
ik ben bezig
 Definition
I'm busy
Term
ik zeur altijd
 Definition
I always whine
Term
samenvatting
 Definition
resume
Term
al gelezen
 Definition
already read
Term
we hebben inderdaad geen huiswerk
 Definition
we don't have homework
Term
krijken
 Definition
get
Term
sukkel
 Definition
softy
Term
als we aankomen
 Definition
when we arrive
Term
daarna is er een wandeling
 Definition
then there is a walk
Term
om informatie
 Definition
for information
Term
opdrachten op papier
 Definition
assignments on paper
Term
ik wel
 Definition
I do
Term
opdracht
 Definition
Job
Term
opdrachten
 Definition
assignments
Term
oefentoets
 Definition
practice test
Term
makkelijkst
 Definition
easiest
Term
bij het examen
 Definition
at the exam
Term
verhaaltje
 Definition
story
Term
ik heb geen zin te wachten
 Definition
I don't feel like waiting
Term
dat zegt mijn docent tegen mij ook
 Definition
That's what my teacher tells me too
Term
wordt veel te duur
 Definition
becomes way too expensive
Term
interdaad
 Definition
indeed
Term
niveau
 Definition
level
Term
ik zit even te studeren
 Definition
I'm studying for a while
Term
en nu de deur uit jij. wegwezen!
 Definition
and now out the door you. get out!
Term
is er nog cola
 Definition
is there still coke
Term
kijk zelf maar
 Definition
see for yourself
Term
gaat nog naar het kinderdagverblijf
 Definition
still goes to daycare
Term
kinderopvang in de creche
 Definition
childcare in the nursery
Term
meestal
 Definition
generally
Term
stift
 Definition
marker
Term
streep
 Definition
stripe
Term
wacht maar
 Definition
just wait
Term
nog een kleuter
 Definition
another toddler
Term
nog andere kinderen
 Definition
other children
Term
Mijn ouders wonen dichtbij
 Definition
My parents live close by
Term
dus dit is nu het beste
 Definition
so this is the best now
Term
geweldig
 Definition
awesome
Term
eindelijk
 Definition
finally
Term
huishouden doen
 Definition
doing the household
Term
we kletsen later wel verder
 Definition
we'll chat later
Term
gecondoleerd
 Definition
sorry for your loss
Term
begrafenis
 Definition
funeral
Term
overmorgen
 Definition
the day after tomorrow
Term
eergisteren
 Definition
the day before yesterday
Term
neven
 Definition
cousins
Term
nichten
 Definition
nieces
Term
ongeveer
 Definition
about
Term
heel apart
 Definition
very strange
Term
zoals ik al zei
 Definition
like I said
Term
bekenden
 Definition
acquaintances
Term
heeft nog wel
 Definition
still has
Term
nog contact
 Definition
still in touch
Term
dus
 Definition
So
Term
sterk nog een keer
 Definition
strong one more time
Term
dat geloof ik graag, maar het kan niet
 Definition
I'd like to believe that, but it's not possible
Term
afdeling
 Definition
department
Term
aardig
 Definition
nice
Term
eigenlijk
 Definition
actually
Term
afsproken
 Definition
agreed
Term
petje
 Definition
cap
Term
dat betekent
 Definition
that means
Term
bent u voldoende ingeburgerd
 Definition
are you sufficiently established
Term
valt wel mee toch
 Definition
it's okay though
Term
volkslied
 Definition
anthem
Term
is dat verplicht
 Definition
is that mandatory
Term
eigenlijk
 Definition
actually
Term
ongeluk
 Definition
accident
Term
gevallen
 Definition
fallen
Term
lullig
 Definition
silly
Term
gelukkig dichtbij
 Definition
luckily close by
Term
als
 Definition
if
Term
hoe bedoel je
 Definition
what do you mean
Term
wat is erger
 Definition
what's worse
Term
komt gewoon
 Definition
just comes
Term
ik denk dat het komt door de computer
 Definition
I think it's because of the computer
Term
moet je langs een brillenwinkel
 Definition
you have to go to an eyewear store
Term
ga je niet liever echt shoppen
 Definition
don't you rather go shopping
Term
lijkt me saai
 Definition
seems boring to me
Term
ik bestel veel meer dan ik nodig heb
 Definition
I order much more than I need
Term
nodig
 Definition
necessary
Term
eergisteren
 Definition
the day before yesterday
Term
kwammen
 Definition
came
Term
gepast
 Definition
appropriate
Term
dus jjij bestelt tien truien en je stuurt negen truien terug
 Definition
so you order ten sweaters and you send nine sweaters back
Term
ik hoef dus niet naar
 Definition
so I don't have to
Term
toemaar
 Definition
go ahead
Term
overhemd
 Definition
shirt
Term
ik zie het meteen
 Definition
i see it right away
Term
terugsturen
 Definition
return
Term
meteen
 Definition
immediately
Term
zo vaak
 Definition
so often
Term
je hebt ervaring
 Definition
you have experience
Term
onbekende
 Definition
unknown
Term
ik word een beetje bang
 Definition
I'm getting a little scared
Term
even
 Definition
for a bit
Term
dan kun je lezen wie deze trump is
 Definition
then you can read who this trump is
Term
recept
 Definition
recipe
Term
meestal
 Definition
generally
Term
wat wil je weten
 Definition
what do you want to know
Term
je heb gelijk
 Definition
you are right
Term
meestel
 Definition
mostly
Term
kant en klaar
 Definition
ready
Term
geklus
 Definition
odd job
Term
ik wist niet dat je handig bent
 Definition
I didn't know you were handy
Term
mijn vriend kan alles dus
 Definition
my friend can do anything
Term
ja, zeker weten
 Definition
Yes for sure
Term
nog bedankt voor het recept
 Definition
thanks again for the recipe
Term
you hebt vast en zeker een goed recept
 Definition
you certainly have a good recipe
Term
vast en zeker
 Definition
surely
Term
en ik niet. dus
 Definition
and I do not. So
Term
ik heb niet veel nodig
 Definition
i don't need much
Term
kassajuffrouw
 Definition
cashier
Term
aardig
 Definition
nice
Term
het is nog geen zes uur, dus hij is nog open
 Definition
it's not even six o'clock, so it's still open
Term
even mijn jas aandoen
 Definition
put on my coat
Term
Beschikbaar
 Definition
Available
Term
we hebben niet zo veel nodig
 Definition
we don't need that much
Term
nee, maar wel brood
 Definition
no, but bread
Term
kijk even
 Definition
check
Term
misschien hebben we frisdrank nodig
 Definition
maybe we need soda
Term
flees hebben we niet nodig
 Definition
we don't need flees
Term
wacht even
 Definition
wait a second
Term
ik ben nog even bezig
 Definition
I'm still busy
Term
genoeg
 Definition
enough
Term
even mijn haar kammen
 Definition
comb my hair
Term
opschieten
 Definition
Hurry up
Term
ik komeraan
 Definition
I'm coming
Term
ik zal even de televisie
 Definition
I'll turn on the television
Term
pak je jij het bestek nog even uit de keuken
 Definition
you grab the cutlery from the kitchen
Term
dus jij wilt niet elke dag
 Definition
so you don't want every day
Term
afschuwelijk
 Definition
awful
Term
als toetje
 Definition
for dessert
Term
dat lusten jullie toch wel allebei
 Definition
you both like that
Term
nieuwsgierig
 Definition
curious
Term
dus
 Definition
So
Term
zullen we maar een pizza laten komen
 Definition
let's get a pizza
Term
waarom
 Definition
Why
Term
ik heb geen zin om te koken
 Definition
I don't feel like cooking
Term
maakt niet uit
 Definition
does not matter
Term
oh pech dus. een buiop je kop
 Definition
oh bad luck. a storm in your head
Term
ik zat al op de fiets
 Definition
I was already on the bike
Term
toen begon het plotseling te regenen
 Definition
then suddenly it started to rain
Term
plotseling
 Definition
suddenly
Term
herfst
 Definition
autumn
Term
lui
 Definition
lazy
Term
stuurverwarming
 Definition
steering wheel heater
Term
zo is het wel genoeg
 Definition
that's enough
Term
maar vandaag dus niet
 Definition
but not today
Term
als ik naar huis ga
 Definition
when I go home
Term
doe ik zeker
 Definition
I certainly will
Term
werkse he
 Definition
working huh
Term
en mooie weer dus
 Definition
and nice weather
Term
ik weet het nog niets
 Definition
I don't know anything yet
Term
eigenlijk
 Definition
actually
Term
als het mooie weer is
 Definition
when the weather is nice
Term
dat klopt
 Definition
that's right
Term
ga jij nou maar lekker naar het strand morgen
 Definition
why don't you go to the beach tomorrow
Term
eigenlijk
 Definition
actually
Term
bestaan
 Definition
to exist
Term
hetzelfde
 Definition
the same
Term
toevoeging
 Definition
addition
Term
vroeg
 Definition
early
Term
als een raket
 Definition
like a rocket
Term
ongeluk
 Definition
accident
Term
botsing
 Definition
crash
Term
openbaar vervoer
 Definition
public transport
Term
tegenwoordig
 Definition
nowadays
Term
waarom
 Definition
Why
Term
interdaad
 Definition
indeed
Term
weleens
 Definition
sometimes
Term
ik bedoel: als je een huisdier kiest
 Definition
I mean: if you choose a pet
Term
luister naar mij
 Definition
listen to me
Term
aaien
 Definition
to pet
Term
vergadering
 Definition
meeting
Term
die vergadering is dan wel afgelopen
 Definition
that meeting is over
Term
tegenlijk
 Definition
against
Term
eerder later
 Definition
earlier, later
Term
hetzelfde
 Definition
the same
Term
ieder
 Definition
each
Term
doe effe
 Definition
do it
Term
ik weet nu nog niet wanneer ik op vakantie wil
 Definition
I don't know when I want to go on vacation yet
Term
11 kilometer heen en 11 kilometer terug
 Definition
11 kilometers there and 11 kilometers back
Term
heen
 Definition
to
Term
ik vind dat maf
 Definition
I think that's crazy
Term
ik ben liever lui dan moe
 Definition
I'd rather be lazy than tired
Term
uitrusten
 Definition
to rest
Term
wat bedoel je
 Definition
what do you mean
Term
wat weet je toch
 Definition
what do you know
Term
ik weet het nog niet
 Definition
I do not know yet
Term
ik hou niet zo van
 Definition
I do not really like
Term
daarna
 Definition
then
Term
beetje raar
 Definition
a bit strange
Term
uitnodiging
 Definition
invitation
Term
afgesproken
 Definition
agreed to meet
Term
weleens
 Definition
sometimes
Term
inderdaad
 Definition
indeed
Term
dat klopt
 Definition
that's right
Term
een keer
 Definition
once
Term
daarna
 Definition
then
Term
vaak
 Definition
often
Term
kroeg
 Definition
pub
Term
waar kletsen jullie over
 Definition
what are you talking about
Term
over geld verdienen
 Definition
about making money
Term
belangrijk en onbelangrijk
 Definition
important and unimportant
Term
eindelijk
 Definition
finally
Term
vergaderingen
 Definition
meetings
Term
dus
 Definition
So
Term
je verdient het
 Definition
you deserve it
Term
maar het duurt nog drie maanden
 Definition
but it will take another three months
Term
klinkt
 Definition
sounds
Term
dus
 Definition
So
Term
Bezorgtijd
 Definition
Delivery time
Term
tegenwoordig
 Definition
nowadays
Term
z'on reis
 Definition
his journey
Term
bedoel je
 Definition
you mean
Term
verdienen
 Definition
to deserve
Term
ik hoef niet
 Definition
I do not need
Term
geregeld
 Definition
organized
Term
zeurkous
 Definition
nag
Term
beschermen
 Definition
to protect
Term
oplossing
 Definition
solution
Term
dieren hebben last van plastic
 Definition
animals suffer from plastic
Term
je lijkt wel een dominee
 Definition
you look like a pastor
Term
dat wist ik niet
 Definition
I did not know that
Term
bijzondere
 Definition
special
Term
keer
 Definition
time
Term
ik snap het
 Definition
I get it
Term
ik trakteer haar
 Definition
I treat her
Term
dat is ook lastig
 Definition
that is also difficult
Term
aardig
 Definition
nice
Term
gaat nog iemand mee
 Definition
someone else is coming
Term
zal ik meegaan
 Definition
shall I go with you
Term
tenminste
 Definition
at least
Term
zullen we het doen
 Definition
shall we do it
Term
ik denk na
 Definition
I am thinking
Term
geweest
 Definition
been
Term
dan spreken we precies alles af
 Definition
then we agree on everything
Term
verkiezingen
 Definition
elections
Term
je stemt vast en zeker op de groene partij
 Definition
you definitely vote for the green party
Term
jij bent maf
 Definition
you are crazy
Term
aardig
 Definition
nice
Term
behalve ik
 Definition
except for me
Term
belachelijk
 Definition
rediculous
Term
nog reparen
 Definition
still repair
Term
ik heb er geen verstad van
 Definition
I don't understand it
Term
dat moet je vriendin zelf maar regeien
 Definition
your girlfriend has to arrange that herself
Term
ik krijg nu al bericht terug van haar
 Definition
I'm already getting a message back from her
Term
je vriend komt vanavond even naar haar computer
 Definition
your friend is coming over to her computer tonight
Term
kijk eens ('kijkus')
 Definition
have a look ('look')
Term
geregeld
 Definition
organized
Term
graag gedaan
 Definition
Don't mention it
Term
laat eens zien
 Definition
let me see
Term
dus
 Definition
So
Term
ontmoeten
 Definition
Meet
Term
krijg ik nog koffie?
 Definition
can i still get coffee?
Term
ik snap het
 Definition
I get it
Term
weet hoe je moet zoeken
 Definition
know how to search
Term
ik heb geen spijt
 Definition
I have no regrets
Term
ja, dat klopt
 Definition
Yes that's right
Term
sjouwen
 Definition
carry
Term
maar die is verbouwd
 Definition
but it has been renovated
Term
ik ben jaloers
 Definition
I'm jealous
Term
vind je ooks zoiets
 Definition
do you find something like that
Term
zoiets
 Definition
something like that
Term
ik wil het eigenlijk wel
 Definition
I actually want it
Term
ik ga meteen opzoek
 Definition
I'll look right away
Term
ga je gang
 Definition
go ahead
Term
ik heb er geen last van
 Definition
It does not bother me
Term
een fiets in de sloot gooien
 Definition
throwing a bicycle into a ditch
Term
verdient
 Definition
deserves
Term
en daarom
 Definition
and therefore
Term
welk beroep vind je leuk
 Definition
what profession do you like
Term
weet ik veel
 Definition
I do not know
Term
wiskunde
 Definition
math
Term
wel slagen voor het exam
 Definition
pass the exam
Term
als ik zak, dan gaat mijn vader niet een appartement kopen voor mij
 Definition
if I fail, my father is not going to buy me an apartment
Term
dus, daarom
 Definition
So thats why
Term
toekomst
 Definition
future
Term
lastig
 Definition
annoying
Term
eerst even slagen
 Definition
succeed first
Term
nagedacht
 Definition
thought
Term
nadenken
 Definition
think it over
Term
je hebt gekozen
 Definition
you have chosen
Term
wie weet
 Definition
who knows
Term
nog
 Definition
yet
Term
nagedacht
 Definition
thought
Term
nadenken
 Definition
think it over
Term
je hebt gekozen
 Definition
you have chosen
Term
wie weet
 Definition
who knows
Term
nog
 Definition
yet
Term
wanneer was jij voor het laastst in het ziekenhuis
 Definition
when was the last time you were in hospital
Term
dat dacht ik al
 Definition
I thought so
Term
ernstig
 Definition
serious
Term
ik ben niet tevreden
 Definition
I am not content
Term
ben je toen bij hans anders geweest
 Definition
were you with Hans differently then?
Term
ik ben nog nooit in het ziekenhuis geweest
 Definition
I've never been to hospital
Term
alles
 Definition
everything (independent and singular)
Term
iedereen
 Definition
everyone, anyone (independent and singular)
Term
al
 Definition
all (before articles and pronouns)
Term
alle
 Definition
all (1-before plural nouns and before uncountable singular nouns. 2-predictive (plural)
Term
allen
 Definition
all, everyone (only to refer to persons (1-independent (very formal) 2-predictive)
Term
allemaal
 Definition
all (predictive)
Term
elk(e)
 Definition
each (singular (1-before singular nouns 2-predictive 3-independent)
Term
ieder(e)
 Definition
every (singular 1-before singular nouns 2-predictuve 3-independent (formal)
Term
iets
 Definition
something (independent and singular)
Term
niets
 Definition
nothing (independent ans singular)
Term
iemand
 Definition
noone (independent and singular)
Term
beide
 Definition
both (of them) 1-dependent (before a noun) 2-independent, refering to things
Term
beiden
 Definition
both (of them) Independent, refering to persons
Term
allebei
 Definition
both (of them) Predictive
Term
allebei de
 Definition
both (of them) Dependent (before a noun)
Term
geen van beide
 Definition
neither (of them) 1-dependent (before a noun) 2-independent, referring to things
Term
geen van beiden
 Definition
neither (of them) 1-independent, referring to things
Term
men
 Definition
one (independent and singular)
Term
sommig
 Definition
some, certain (before singular het-nouns)
Term
sommige
 Definition
some, certain (1-before singular de-nouns 2-before plural nouns 3-independent, referring to things (plural)
Term
sommigen
 Definition
some (1-Independent, referring to persond (plural)
Term
wat
 Definition
some, a bit of, a couple of (before plural and singular nouns)
Term
een paar
 Definition
some, a couple of (before plural nouns)
Term
enkele(n)
 Definition
some, a few (1-before plural nouns 2-independent, referring to plural nouns)
Term
enige
 Definition
some, a few (before plural nouns)
Term
verschillende
 Definition
several (before plural nouns)
Term
verscheidene
 Definition
several (before plural nouns)
Term
diverse
 Definition
several (before plural nouns)
Term
menig
 Definition
quite a few (before singular nouns)
Term
menigeen
 Definition
quite a few people ('many a man') (Independent)
Term
veel, vele
 Definition
many (1-before plural nouns 2-before singular uncountable nouns
Term
velen
 Definition
many (Independent, referring to plural nouns (persons)
Term
weinig
 Definition
few (1-before plural nouns 2-before singular uncountable nouns)
Term
weinigen
 Definition
few (independent, referring to plural nouns (persons)
Term
aan-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to put on ()
Term
aan-kleden (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to dress, to decorate ()
Term
aan-komen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to arrive ()
Term
aan-zetten (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to turn off ()
Term
af-spreken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to speak to ()
Term
af-wassen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to wash ()
Term
bakken (ik-bak; jij-bakt; jij?-bak; hij-bakt; zij-bakt ;wij-bakken; jullie-bakken; zij-bakken ;VVT-gebakken)
 Definition
to bake, to fry ()
Term
beginnen (ik-begin; jij-begint; jij?-begin; hij-begint; zij-begint ;wij-beginnen; jullie-beginnen; zij-beginnen ;VVT-begonnen)
 Definition
to begin ()
Term
bestellen (ik-bestel; jij-bestelt; jij?-bestel; hij-bestelt; zij-bestelt ;wij-bestellen; jullie-bestellen; zij-bestellen ;VVT-besteld)
 Definition
to order ()
Term
bewaren (ik-bewaar; jij-bewaart; jij?-bewaar; hij-bewaart; zij-bewaart ;wij-bewaren; jullie-bewaren; zij-bewaren ;VVT-bewaard)
 Definition
to hold, preserve, keep ()
Term
boos zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be angry about / with ()
Term
bouwen (ik-bouw; jij-bouwt; jij?-bouw; hij-bouwt; zij-bouwt ;wij-bouwen; jullie-bouwen; zij-bouwen ;VVT-gebouwd)
 Definition
to build ()
Term
brengen (ik-breng; jij-breng; jij?-brengt; hij-brengt; zij-brengt ;wij-brengen; jullie-brengen; zij-brengen ;VVT-gebracht)
 Definition
to bring, to take ()
Term
condoleren (ik-condoleer; jij-condoleert; jij?-cordoleer; hij-condoleert; zij-condoleert ;wij-condoleren; jullie-condoleren; zij-condoleren ;VVT-gecondoleerd)
 Definition
to give condolences to (gecondoleerd met je oma (condolences to your grandmother))
Term
dansen (ik-dans; jij-danst; jij?-dans; hij-danst; zij-danst ;wij-dansen; jullie-dansen; zij-dansen ;VVT-gedanst)
 Definition
to dance ()
Term
denken (ik-denk; jij-denkt; jij?-denk; hij-denkt; zij-denkt ;wij-denken; jullie-denken; zij-denken ;VVT-gedacht)
 Definition
to think of ()
Term
dicht-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to close ()
Term
doen (ik-doe; jij-doet; jij?-doe; hij-doet; zij-doet ;wij-doen; jullie-doen; zij-doen ;VVT-gedaan)
 Definition
to do ()
Term
dol zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be crazy about ()
Term
dragen (ik-draag; jij-draagt; jij?-draag; hij-draagt; zij-draagt ;wij-dragen; jullie-dragen; zij-dragen ;VVT-gedragen)
 Definition
to wear ()
Term
drinken (ik-drink; jij-drinkt; jij?-drink; hij-drinkt; zij-drinkt ;wij-drinken; jullie-drinken; zij-drinken ;VVT-gedronken)
 Definition
to drink ()
Term
eten (ik-eet; jij-eet; jij?-eet; hij-eet; zij-eet ;wij-eten; jullie-eten; zij-eten ;VVT-gegeten)
 Definition
to eat ()
Term
feliciteren (ik-feliciteer; jij-feliciteert; jij?-feliciteer; hij-feliciteert; zij-feliciteert ;wij-feliciteren; jullie-feliciteren; zij-feliciteren ;VVT-)
 Definition
to congratulate with ()
Term
gaan (ik-ga; jij-gaat; jij?-ga; hij-gaat; zij-gaat ;wij-gaan; jullie-gaan; zij-gaan ;VVT-gegaan)
 Definition
to go ()
Term
gek zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be crazy about ()
Term
genieten (ik-geniet; jij-geniet; jij?-geniet; hij-geniet; zij-geniet ;wij-genieten; jullie-genieten; zij-genieten ;VVT-)
 Definition
to enjoy ()
Term
geven (ik-geef; jij-geeft; jij?-geef; hij-geeft; zij-geeft ;wij-geeft; jullie-geven; zij-geven ;VVT-)
 Definition
to give to ()
Term
gooien (ik-gooi; jij-gooit; jij?-gooi; hij-gooit; zij-gooit ;wij-gooien; jullie-gooien; zij-gooien ;VVT-gegooid)
 Definition
to throw, to cast ()
Term
hebben (ik-heb; jij-hebt; jij?-heb; hij-heeft; zij-heeft ;wij-hebben; jullie-hebben; zij-hebben ;VVT-gehad)
 Definition
to have ()
Term
horen (ik-hoor; jij-hoort; jij?-hoor; hij-hoort; zij-hoort ;wij-horen; jullie-horen; zij-horen ;VVT-gehoord)
 Definition
to hear ()
Term
houden (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to love ()
Term
huilen (ik-huil; jij-huilt; jij?-huil; hij-huilt; zij-huilt ;wij-huilen; jullie-huilen; zij-huilen ;VVT-gehuild)
 Definition
to cry ()
Term
huren (ik-huur; jij-huurt; jij?-huur; hij-huurt; zij-huurt ;wij-huren; jullie-huren; zij-huren ;VVT-gehuurd)
 Definition
to rent ()
Term
in-leveren (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to hand in ()
Term
in-pakken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to pack ()
Term
in-stappen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to put in ()
Term
in-vullen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to fill in ()
Term
kijken (ik-kijk; jij-kijkt; jij?-kijk; hij-kijkt; zij-kijkt ;wij-kijken; jullie-kijken; zij-kijken ;VVT-gekeken)
 Definition
to see ()
Term
koken (ik-kook; jij-kookt; jij?-kook; hij-kookt; zij-kookt ;wij-koken; jullie-koken; zij-koken ;VVT-gekoken)
 Definition
to cook, boil ()
Term
kopen (ik-koop; jij-koopt; jij?-koop; hij-koopt; zij-koopt ;wij-kopen; jullie-kopen; zij-kopen ;VVT-gekoocht)
 Definition
to buy ()
Term
kunnen (ik-kan; jij-kunt; jij?-kun; hij-kan; zij-kan ;wij-kunnen; jullie-kunnen; zij-kunnen ;VVT-gekund)
 Definition
to be able to ()
Term
lachen (ik-lach; jij-lacht; jij?-lach; hij-lacht; zij-lacht ;wij-lachen; jullie-lachen; zij-lachen ;VVT-gelachen)
 Definition
to laugh ()
Term
leren (ik-leer; jij-leert; jij?-leer; hij-leert; zij-leert ;wij-leren; jullie-leren; zij-leren ;VVT-geleerd)
 Definition
to teach, to learn ()
Term
lezen (ik-lees; jij-leest; jij?-lees; hij-leest; zij-leest ;wij-lezen; jullie-lezen; zij-lezen ;VVT-gelezen)
 Definition
to read ()
Term
liggen (ik-lig; jij-lig; jij?-ligt; hij-lig; zij-ligt ;wij-liggen; jullie-liggen; zij-liggen ;VVT-gelegen)
 Definition
to lie. Gaan liggen - to lie down ()
Term
lijken (ik-lijk; jij-lijkt; jij?-lijk; hij-lijkt; zij-lijkt ;wij-lijken; jullie-lijken; zij-lijken ;VVT-geleken)
 Definition
to like ()
Term
lopen (ik-loop; jij-loopt; jij?-loop; hij-loopt; zij-loopt ;wij-lopen; jullie-lopen; zij-lopen ;VVT-gelopen)
 Definition
to walk ()
Term
luisteren (ik-luister; jij-luistert; jij?-luister; hij-luistert; zij-luistert ;wij-luisteren; jullie-luisteren; zij-luisteren ;VVT-geluisterd)
 Definition
to listen ()
Term
meedoen (ik- ; jij- ; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to participate in ()
Term
moeten (ik-moet; jij-moet; jij?-moet; hij-moet; zij-moet ;wij-moeten; jullie-moeten; zij-moeten ;VVT-gemoeten)
 Definition
to have to, to must, to be abliged to ()
Term
mogen (ik-mag; jij-mag; jij?-mag; hij-mag; zij-mag ;wij-mogen; jullie-mogen; zij-mogen ;VVT-gemogen)
 Definition
to be allowed / permitted to, to like, to may (be) ()
Term
na-denken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to think of ()
Term
na-kijken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to check ()
Term
op-bellen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to call ()
Term
open-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to open ()
Term
op-eten (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to eat ()
Term
op-halen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to retrieve ()
Term
op-passen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to watch out, to beware ()
Term
pakken (ik-pak; jij-pakt; jij?-pak; hij-pakt; zij-pakt ;wij-pakken; jullie-pakken; zij-pakken ;VVT-gepakt)
 Definition
to take ()
Term
passen (ik-pas; jij-past; jij?-pas; hij-past; zij-past ;wij-passen; jullie-passen; zij-passen ;VVT-gepart)
 Definition
to fit ()
Term
praten (ik-praat; jij-praat; jij?-praat; hij-praat; zij-praat ;wij-praten; jullie-praten; zij-praten ;VVT-gepraat)
 Definition
to talk, speak, chat, gab ()
Term
rennen (ik-ren; jij-rent; jij?-ren; hij-rent; zij-rent ;wij-rennen; jullie-rennen; zij-rennen ;VVT-gerend)
 Definition
to run ()
Term
ruilen (ik-ruil; jij-ruilt; jij?-ruil; hij-ruilt; zij-ruilt ;wij-ruilen; jullie-ruilen; zij-ruilen ;VVT-reruild)
 Definition
to exchange ()
Term
samenwerken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to work toether ()
Term
samen-wonen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to work together ()
Term
scheiden (ik-scheid; jij-scheidt; jij?-scheid; hij-scheidt; zij-scheidt ;wij-scheiden; jullie-scheiden; zij-scheiden ;VVT-gescheiden)
 Definition
to be divorced from ()
Term
schoon-maken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to make clean ()
Term
schrijven (ik-schrif; jij-schrift; jij?-schrijf; hij-schrijft; zij-schrijft ;wij-schrijven; jullie-schrijven; zij-schrijven ;VVT-geschreven)
 Definition
to write ()
Term
shoppen (ik-shop; jij-shopt; jij?-shop; hij-shopt; zij-shopt ;wij-shopen; jullie-shopen; zij-shopen ;VVT-geshopt)
 Definition
to shop ()
Term
slagen (ik-slaag; jij-slaagt; jij?-slaag; hij-slaagt; zij-slaagt ;wij-slagen; jullie-slagen; zij-slagen ;VVT-geslaagd)
 Definition
to succeed at ()
Term
slapen (ik-slaap; jij-slaapt; jij?-slaap; hij-slaapt; zij-slaapt ;wij-slapen; jullie-slapen; zij-slapen ;VVT-geslapen)
 Definition
to sleep ()
Term
snijden (ik-snijd; jij-snijdt; jij?-snijd; hij-snijdt; zij-snijdt ;wij-snijden; jullie-snijden; zij-snijden ;VVT-gesneden)
 Definition
to cut, carve ()
Term
solliciteren (ik-soliciteer; jij-soliciteert; jij?-soliciteer; hij-soliciteert; zij-soliciteert ;wij-soliciteren; jullie-soliciteren; zij-soliciteren ;VVT-gesolliciteerd)
 Definition
to apply for ()
Term
spreken (ik-spreek; jij-spreekt; jij?-spreek; hij-spreekt; zij-spreekt ;wij-spreken; jullie-spreken; zij-spreken ;VVT-gesproken)
 Definition
to speak to ()
Term
staan (ik-sta; jij-staat; jij?-sta; hij-staat; zij-staat ;wij-staan; jullie-staan; zij-staan ;VVT-gestaan)
 Definition
to stand ()
Term
stemmen (ik-stem; jij-stemt; jij?-stem; hij-stemt; zij-stemt ;wij-stemmen; jullie-stemmen; zij-stemmen ;VVT-gestemd)
 Definition
to vote for ()
Term
stoppen (ik-stop; jij-stopt; jij?-stop; hij-stopt; zij-stopt ;wij-stoppen; jullie-stoppen; zij-stoppen ;VVT-gestopt)
 Definition
to stop ()
Term
sturen (ik-stuur; jij-stuurt; jij?-stuur; hij-stuurt; zij-stuurt ;wij-sturen; jullie-sturen; zij-sturen ;VVT-gestuurd)
 Definition
to send ()
Term
terugsturen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
return ()
Term
tevreden zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be satisfied with ()
Term
trouwen (ik-trouw; jij-trouwt; jij?-trouw; hij-trouwt; zij-trouwt ;wij-trouwen; jullie-trouwen; zij-trouwen ;VVT-getrouwd)
 Definition
to be married to ()
Term
uit-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
turn off, put out, extinguish ()
Term
uit-kleden (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to undress ()
Term
uit-pakken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to unpack ()
Term
uit-stappen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to take out, to unclog ()
Term
vallen (ik-val; jij-valt; jij?-val; hij-valt; zij-valt ;wij-vallen; jullie-vallen; zij-vallen ;VVT-gevallen)
 Definition
to fall ()
Term
verkopen (ik-verkoop; jij-verkoopt; jij?-verkoop; hij-verkoopt; zij-verkoopt ;wij-verkopen; jullie-verkopen; zij-verkopen ;VVT-verkocht)
 Definition
to sell ()
Term
verliezen (ik-verlies; jij-verliest; jij?-verlies; hij-verliest; zij-verliest ;wij-verliezen; jullie-verliezen; zij-verliezen ;VVT-verloren)
 Definition
to lose from (to) ()
Term
vragen (ik-vraag; jij-vraagt; jij?-vraag; hij-vraagt; zij-vraagt ;wij-vragen; jullie-vragen; zij-vragen ;VVT-gevraagd)
 Definition
to ask ()
Term
wachten (ik-wacht; jij-wacht; jij?-wacht; hij-wacht; zij-wacht ;wij-wachten; jullie-wachten; zij-wachten ;VVT-gewacht)
 Definition
to wait for / on ()
Term
wassen (ik-was; jij-wast; jij?-was; hij-wast; zij-wast ;wij-wassen; jullie-wassen; zij-wassen ;VVT-gewassen)
 Definition
to wash ()
Term
weg-brengen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to take away ()
Term
weg-gaan (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to go away ()
Term
weg-gooien (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to throw away ()
Term
wennen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to get used to ()
Term
werken (ik-werk; jij-werkt; jij?-werk; hij-werkt; zij-werkt ;wij-werken; jullie-werken; zij-werken ;VVT-gewerkt; voorzetsel- )
 Definition
to work ()
Term
weten (ik-weet; jij-weet; jij?-weet; hij-weet; zij-weet ;wij-weten; jullie-weten; zij-weten ;VVT-geweten)
 Definition
to know ()
Term
willen (ik-wil; jij-wilt; jij?-wil; hij-wil; zij-wil ;wij-willen; jullie-willen; zij-willen ;VVT-gewild)
 Definition
to want to, to wish (The -t is dropped when the verb precedes the pronoun. Thus, jij wilt / wil je)
Term
winnen (ik-win; jij-wint; jij?-win; hij-wint; zij-wint ;wij-winnen; jullie-winnen; zij-winnen ;VVT-gewonnen)
 Definition
to win from ()
Term
wonen (ik-woon; jij-woont; jij?-woon; hij-woon; zij-woon ;wij-wonen; jullie-wonen; zij-wonen ;VVT-gewoond)
 Definition
to live, dwell, reside, inhabit ()
Term
zakken (ik-zak; jij-zakt; jij?-zak; hij-zakt; zij-zakt ;wij-zakken; jullie-zakken; zij-zakken ;VVT-gezaakt)
 Definition
to fail at ()
Term
zeggen (ik-zeg; jij-zegt; jij?-zeg; hij-zegt; zij-zegt ;wij-zeggen; jullie-zeggen; zij-zeggen ;VVT-gezakt)
 Definition
to say, to tell ()
Term
zien (ik-zie; jij-ziet; jij?-zie; hij-ziet; zij-ziet ;wij-zien; jullie-zien; zij-zien ;VVT-gezien)
 Definition
to see ()
Term
zijn (ik-ben; jij-bent; jij?-ben; hij-is; zij-is ;wij-zijn; jullie-zijn; zij-zijn ;VVT-geweest)
 Definition
to be ()
Term
zin hebben (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to want / fancy ()
Term
zitten (ik-zit; jij-zit; jij?-zit; hij-zit; zij-zit ;wij-zitten; jullie-zitten; zij-zitten ;VVT-gezeten)
 Definition
to sit ()
Term
zoeken (ik-zoek; jij-zoekt; jij?-zoek; hij-zoekt; zij-zoekt ;wij-zoeken; jullie-zoeken; zij-zoeken ;VVT-gezocht)
 Definition
to search ()
Term
zorgen (ik-zorg; jij-zorgt; jij?-zorg; hij-zorgt; zij-zorgt ;wij-zorgen; jullie-zorgen; zij-zorgen ;VVT-gezorgd)
 Definition
to care for ()
Term
zullen (ik-zal; jij-zult; jij?-zal; hij-zal; zij-zal ;wij-zullen; jullie-zullen; zij-zullen ;VVT-)
 Definition
shall ()
Term
zwemmen (ik-zwem; jij-zwemt; jij?-zwem; hij-zwemt; zij-zwemt ;wij-zwemmen; jullie-zwemmen; zij-zwemmen ;VVT-gezwommen)
 Definition
to swim ()
Term
11 kilometer heen en 11 kilometer terug
 Definition
11 kilometers there and 11 kilometers back
Term
aanbod
 Definition
offer
Term
aanvullend onderwijs
 Definition
additional education
Term
als ze specifiek over het onderwerp gaat doorvragen, sluit jean zich af. maar terwijl ze bezig zijn met iets anders, is er soms heel kort een gesprekje mogelijk. mercy merkt de invoed van het feit dat zij en haar dochter lange tijd gescheiden van elkaar heben geleefd. Voordat jean naar nederlands kwam - en daarna, toen ze terugging naar kenia, weer.
 Definition
When she asks specific questions about the subject, Jean shuts down. but while they are busy with something else, a very brief conversation is sometimes possible. Mercy notices the influence of the fact that she and her daughter have lived separately for a long time. Before Jean came to the Netherlands - and after that, when she went back to Kenya, again.
Term
betaalbaar
 Definition
(affordable)
Term
bij wie ze terecht kon
 Definition
(who she could turn to)
Term
bijles
 Definition
tutoring
Term
brugklas
 Definition
(first grade)
Term
daarna
 Definition
(then)
Term
daarom achterstand oploopt
 Definition
therefore falling behind
Term
dat blijkt uit
 Definition
that appears from
Term
de taal gewoon proberen te beheersen (just trying to master the language)
 Definition
de taal gewoon proberen te beheersen (just trying to master the language)
Term
die jongen is degene die me gepest heeft
 Definition
that boy is the one who bullied me
Term
dus
 Definition
(so)
Term
een op de vier
 Definition
one in four
Term
eerder
 Definition
earlier
Term
eerder
 Definition
earlier
Term
eigenlijk
 Definition
(actually)
Term
en daardoor is er afstand ontstaan
 Definition
(and that has created distance)
Term
erdrietig
 Definition
(sad)
Term
fors gestegen
 Definition
increased considerably
Term
gedaan
 Definition
is done
Term
geeft gebracht
 Definition
(has brouoght)
Term
gemende gevoelens
 Definition
mixed feelings)
Term
geweest
 Definition
(been)
Term
heleboel
 Definition
(lot)
Term
hierover
 Definition
about this
Term
hoe het voelt
 Definition
(how it feels)
Term
huiswerkbegeleiding
 Definition
homework accompaniment
Term
indruk
 Definition
(impression)
Term
klasgenoten
 Definition
(classmates)
Term
kwijtraken
 Definition
(lose)
Term
leerplichting
 Definition
(compulsory education)
Term
letterlijk
 Definition
(literal)
Term
loslaten
 Definition
(letting go)
Term
lukte niet
 Definition
(did not work)
Term
maar ik vind dat ze nog steeds veel ondersteuning nodig heeft (but I think she still needs a lot of support)
 Definition
maar ik vind dat ze nog steeds veel ondersteuning nodig heeft (but I think she still needs a lot of support)
Term
maar jij geeft gewoon op (but you just give up)
 Definition
maar jij geeft gewoon op (but you just give up)
Term
meegekregen
 Definition
(received)
Term
meegemaakt
 Definition
(experienced)
Term
naartoe
 Definition
(to)
Term
negatief beeld
 Definition
negative image
Term
nemen volwassenen beslissingen
 Definition
(adults make decisions)
Term
omzet
 Definition
turnover (revenue?)
Term
ondermaats = onvoldoende
 Definition
substandard
Term
onderzoek
 Definition
research
Term
onderzoek blijkt
 Definition
research shows
Term
opgroeide
 Definition
(grew up)
Term
oplossing
 Definition
(solution)
Term
opvoeding
 Definition
(upbringing)
Term
orde houden
 Definition
keep order
Term
over het onderwerp gaat doorvragen
 Definition
questions about the subject
Term
overheid
 Definition
government
Term
particulier
 Definition
private
Term
plotseling alle vakken
 Definition
(suddenly all subjects)
Term
rekenles
 Definition
(math lesson)
Term
rondvragen
 Definition
(ask around)
Term
schakelklas
 Definition
(transition class)
Term
schukdig
 Definition
(guilty)
Term
sfeer
 Definition
(realm, atmosphere)
Term
sferen
 Definition
(spheres)
Term
steeds meer
 Definition
increasingly
Term
steeds vaker
 Definition
increasingly
Term
tegelijkertijd
 Definition
(at the same time)
Term
toen
 Definition
(when)
Term
toneel
 Definition
(theater)
Term
uitgekozen
 Definition
(chosen)
Term
uitvoeren
 Definition
have it carried out
Term
vaak voor zaken
 Definition
(...often for business...)
Term
vaker
 Definition
often
Term
verdrietig
 Definition
(sad)
Term
vergelijkbare
 Definition
(similar)
Term
verschil
 Definition
(differance)
Term
verwacht
 Definition
(expected)
Term
voegwoorden
 Definition
conjunctpions
Term
vooral
 Definition
mainly
Term
want
 Definition
(because)
Term
weleens
 Definition
(sometimes)
Term
wennen
 Definition
(get used to)
Term
wist
 Definition
(knew)
Term
woonde nog
 Definition
(still lived)
Term
ze moeten steeds meer zelf beslissen (they increasingly have to decide for themselves)
 Definition
ze moeten steeds meer zelf beslissen (they increasingly have to decide for themselves)
Term
zeuren
 Definition
(to moan)
Term
zij dacht
 Definition
(she thought)
Term
zodat het niet verkeerd gaat
 Definition
so that things don't go wrong
Term
aardig
 Definition
nice
Term
afdeling
 Definition
department
Term
afschuwelijk
 Definition
awful
Term
afsproken
 Definition
agreed
Term
al
 Definition
all (before articles and pronouns)
Term
al gelezen
 Definition
already read
Term
alle
 Definition
all (1-before plural nouns and before uncountable singular nouns. 2-predictive (plural)
Term
allebei
 Definition
both (of them) Predictive
Term
allebei de
 Definition
both (of them) Dependent (before a noun)
Term
allemaal
 Definition
all (predictive)
Term
allen
 Definition
all, everyone (only to refer to persons (1-independent (very formal) 2-predictive)
Term
alles
 Definition
everything (independent and singular)
Term
als
 Definition
if
Term
als een raket
 Definition
like a rocket
Term
als het mooie weer is
 Definition
when the weather is nice
Term
als ik naar huis ga
 Definition
when I go home
Term
als ik zak, dan gaat mijn vader niet een appartement kopen voor mij
 Definition
if I fail, my father is not going to buy me an apartment
Term
als toetje
 Definition
for dessert
Term
als we aankomen
 Definition
when we arrive
Term
bedacht
 Definition
invented
Term
bedoel je
 Definition
you mean
Term
beetje raar
 Definition
a bit strange
Term
begrafenis
 Definition
funeral
Term
behalve ik
 Definition
except for me
Term
beide
 Definition
both (of them) 1-dependent (before a noun) 2-independent, refering to things
Term
beiden
 Definition
both (of them) Independent, refering to persons
Term
bekenden
 Definition
acquaintances
Term
belachelijk
 Definition
rediculous
Term
belangrijk en onbelangrijk
 Definition
important and unimportant
Term
ben je toen bij hans anders geweest
 Definition
were you with Hans differently then?
Term
bent u voldoende ingeburgerd
 Definition
are you sufficiently established
Term
Beschikbaar
 Definition
Available
Term
Bezorgtijd
 Definition
Delivery time
Term
bij het examen
 Definition
at the exam
Term
bijzondere
 Definition
special
Term
botsing
 Definition
crash
Term
daarna
 Definition
then
Term
daarna is er een wandeling
 Definition
then there is a walk
Term
dan kun je lezen wie deze trump is
 Definition
then you can read who this trump is
Term
dan spreken we precies alles af
 Definition
then we agree on everything
Term
dat betekent
 Definition
that means
Term
dat dacht ik al
 Definition
I thought so
Term
dat geloof ik graag, maar het kan niet
 Definition
I'd like to believe that, but it's not possible
Term
dat is ook lastig
 Definition
that is also difficult
Term
dat klopt
 Definition
that's right
Term
dat lusten jullie toch wel allebei
 Definition
you both like that
Term
dat moet je vriendin zelf maar regeien
 Definition
your girlfriend has to arrange that herself
Term
dat snap ik
 Definition
I get that
Term
dat wist ik niet
 Definition
I did not know that
Term
dat zegt mijn docent tegen mij ook
 Definition
That's what my teacher tells me too
Term
die vergadering is dan wel afgelopen
 Definition
that meeting is over
Term
dieren hebben last van plastic
 Definition
animals suffer from plastic
Term
diverse
 Definition
several (before plural nouns)
Term
doe effe
 Definition
do it
Term
doe ik zeker
 Definition
I certainly will
Term
dozen
 Definition
Boxes
Term
dus
 Definition
So
Term
dus dit is nu het beste
 Definition
so this is the best now
Term
dus jij wilt niet elke dag
 Definition
so you don't want every day
Term
dus jjij bestelt tien truien en je stuurt negen truien terug
 Definition
so you order ten sweaters and you send nine sweaters back
Term
dus, daarom
 Definition
So thats why
Term
een fiets in de sloot gooien
 Definition
throwing a bicycle into a ditch
Term
een keer
 Definition
once
Term
een paar
 Definition
some, a couple of (before plural nouns)
Term
eerder later
 Definition
earlier, later
Term
eergisteren
 Definition
the day before yesterday
Term
eerst even slagen
 Definition
succeed first
Term
eigenlijk
 Definition
actually
Term
elk(e)
 Definition
each (singular (1-before singular nouns 2-predictive 3-independent)
Term
en daarom
 Definition
and therefore
Term
en ik niet. dus
 Definition
and I do not. So
Term
en mooie weer dus
 Definition
and nice weather
Term
en nu de deur uit jij. wegwezen!
 Definition
and now out the door you. get out!
Term
enige
 Definition
some, a few (before plural nouns)
Term
enkele(n)
 Definition
some, a few (1-before plural nouns 2-independent, referring to plural nouns)
Term
ernstig
 Definition
serious
Term
even
 Definition
for a bit
Term
even mijn haar kammen
 Definition
comb my hair
Term
even mijn jas aandoen
 Definition
put on my coat
Term
flees hebben we niet nodig
 Definition
we don't need flees
Term
ga je gang
 Definition
go ahead
Term
ga je niet liever echt shoppen
 Definition
don't you rather go shopping
Term
ga jij nou maar lekker naar het strand morgen
 Definition
why don't you go to the beach tomorrow
Term
gaat nog iemand mee
 Definition
someone else is coming
Term
gaat nog naar het kinderdagverblijf
 Definition
still goes to daycare
Term
gecondoleerd
 Definition
sorry for your loss
Term
geen van beide
 Definition
neither (of them) 1-dependent (before a noun) 2-independent, referring to things
Term
geen van beiden
 Definition
neither (of them) 1-independent, referring to things
Term
geen verstand
 Definition
no sense
Term
geklus
 Definition
odd job
Term
gelukkig dichtbij
 Definition
luckily close by
Term
genoeg
 Definition
enough
Term
gepast
 Definition
appropriate
Term
geregeld
 Definition
organized
Term
gevallen
 Definition
fallen
Term
geweest
 Definition
been
Term
geweldig
 Definition
awesome
Term
graag gedaan
 Definition
Don't mention it
Term
heeft nog wel
 Definition
still has
Term
heel apart
 Definition
very strange
Term
heen
 Definition
to
Term
herfst
 Definition
autumn
Term
het is nog geen zes uur, dus hij is nog open
 Definition
it's not even six o'clock, so it's still open
Term
hetzelfde
 Definition
the same
Term
hoe bedoel je
 Definition
what do you mean
Term
huishouden doen
 Definition
doing the household
Term
ieder
 Definition
each
Term
ieder(e)
 Definition
every (singular 1-before singular nouns 2-predictuve 3-independent (formal)
Term
iedereen
 Definition
everyone, anyone (independent and singular)
Term
iemand
 Definition
noone (independent and singular)
Term
iets
 Definition
something (independent and singular)
Term
ik bedoel: als je een huisdier kiest
 Definition
I mean: if you choose a pet
Term
ik ben bezig
 Definition
I'm busy
Term
ik ben jaloers
 Definition
I'm jealous
Term
ik ben liever lui dan moe
 Definition
I'd rather be lazy than tired
Term
ik ben niet tevreden
 Definition
I am not content
Term
ik ben nog even bezig
 Definition
I'm still busy
Term
ik ben nog nooit in het ziekenhuis geweest
 Definition
I've never been to hospital
Term
ik bestel veel meer dan ik nodig heb
 Definition
I order much more than I need
Term
ik denk dat het komt door de computer
 Definition
I think it's because of the computer
Term
ik denk na
 Definition
I am thinking
Term
ik ga meteen opzoek
 Definition
I'll look right away
Term
ik heb er geen last van
 Definition
It does not bother me
Term
ik heb er geen verstad van
 Definition
I don't understand it
Term
ik heb geen spijt
 Definition
I have no regrets
Term
ik heb geen zin om te koken
 Definition
I don't feel like cooking
Term
ik heb geen zin te wachten
 Definition
I don't feel like waiting
Term
ik heb niet veel nodig
 Definition
i don't need much
Term
ik hoef dus niet naar
 Definition
so I don't have to
Term
ik hoef niet
 Definition
I do not need
Term
ik hou niet zo van
 Definition
I do not really like
Term
ik komeraan
 Definition
I'm coming
Term
ik krijg nu al bericht terug van haar
 Definition
I'm already getting a message back from her
Term
ik snap het
 Definition
I get it
Term
ik snap het
 Definition
I get it
Term
ik trakteer haar
 Definition
I treat her
Term
ik vind dat maf
 Definition
I think that's crazy
Term
ik weet het nog niet
 Definition
I do not know yet
Term
ik weet het nog niets
 Definition
I don't know anything yet
Term
ik weet nu nog niet wanneer ik op vakantie wil
 Definition
I don't know when I want to go on vacation yet
Term
ik wel
 Definition
I do
Term
ik wil het eigenlijk wel
 Definition
I actually want it
Term
ik wist niet dat je handig bent
 Definition
I didn't know you were handy
Term
ik word een beetje bang
 Definition
I'm getting a little scared
Term
ik zal even de televisie
 Definition
I'll turn on the television
Term
ik zat al op de fiets
 Definition
I was already on the bike
Term
ik zeur altijd
 Definition
I always whine
Term
ik zie het meteen
 Definition
i see it right away
Term
ik zit even te studeren
 Definition
I'm studying for a while
Term
interdaad
 Definition
indeed
Term
is dat verplicht
 Definition
is that mandatory
Term
is er nog cola
 Definition
is there still coke
Term
ja, dat klopt
 Definition
Yes that's right
Term
ja, zeker weten
 Definition
Yes for sure
Term
je heb gelijk
 Definition
you are right
Term
je hebt ervaring
 Definition
you have experience
Term
je hebt gekozen
 Definition
you have chosen
Term
je lijkt wel een dominee
 Definition
you look like a pastor
Term
je stemt vast en zeker op de groene partij
 Definition
you definitely vote for the green party
Term
je verdient het
 Definition
you deserve it
Term
je vriend komt vanavond even naar haar computer
 Definition
your friend is coming over to her computer tonight
Term
jij bent maf
 Definition
you are crazy
Term
kant en klaar
 Definition
ready
Term
kassajuffrouw
 Definition
cashier
Term
keer
 Definition
time
Term
kijk eens ('kijkus')
 Definition
have a look ('look')
Term
kijk even
 Definition
check
Term
kijk zelf maar
 Definition
see for yourself
Term
kinderopvang in de creche
 Definition
childcare in the nursery
Term
komt gewoon
 Definition
just comes
Term
krijg ik nog koffie?
 Definition
can i still get coffee?
Term
krijken
 Definition
get
Term
kroeg
 Definition
pub
Term
kwammen
 Definition
came
Term
laat eens zien
 Definition
let me see
Term
lastig
 Definition
annoying
Term
lijkt me saai
 Definition
seems boring to me
Term
lui
 Definition
lazy
Term
luister naar mij
 Definition
listen to me
Term
lullig
 Definition
silly
Term
maakt niet uit
 Definition
does not matter
Term
maar die is verbouwd
 Definition
but it has been renovated
Term
maar het duurt nog drie maanden
 Definition
but it will take another three months
Term
maar jij hoeft geen zware dozen te sjouwen
 Definition
but you don't have to lug heavy boxes
Term
maar lastig zo'n tuin
 Definition
but such a garden
Term
maar vandaag dus niet
 Definition
but not today
Term
makkelijkst
 Definition
easiest
Term
meestal
 Definition
generally
Term
men
 Definition
one (independent and singular)
Term
menig
 Definition
quite a few (before singular nouns)
Term
menigeen
 Definition
quite a few people ('many a man') (Independent)
Term
meteen
 Definition
immediately
Term
Mijn ouders wonen dichtbij
 Definition
My parents live close by
Term
mijn vriend kan alles dus
 Definition
my friend can do anything
Term
misschien hebben we frisdrank nodig
 Definition
maybe we need soda
Term
moet je langs een brillenwinkel
 Definition
you have to go to an eyewear store
Term
nadenken
 Definition
think it over
Term
nagedacht
 Definition
thought
Term
nagedacht
 Definition
thought
Term
nee, maar wel brood
 Definition
no, but bread
Term
neven
 Definition
cousins
Term
nichten
 Definition
nieces
Term
niets
 Definition
nothing (independent ans singular)
Term
nieuwsgierig
 Definition
curious
Term
niveau
 Definition
level
Term
nodig
 Definition
necessary
Term
nog
 Definition
yet
Term
nog andere kinderen
 Definition
other children
Term
nog bedankt voor het recept
 Definition
thanks again for the recipe
Term
nog contact
 Definition
still in touch
Term
nog een kleuter
 Definition
another toddler
Term
nog reparen
 Definition
still repair
Term
oefentoets
 Definition
practice test
Term
oh pech dus. een buiop je kop
 Definition
oh bad luck. a storm in your head
Term
om 9 am met sjouwen
 Definition
at 9 am with lugging
Term
om informatie
 Definition
for information
Term
onbekende
 Definition
unknown
Term
ongeluk
 Definition
accident
Term
ongeveer
 Definition
about
Term
opdracht
 Definition
Job
Term
opdrachten
 Definition
assignments
Term
opdrachten op papier
 Definition
assignments on paper
Term
openbaar vervoer
 Definition
public transport
Term
oplossing
 Definition
solution
Term
opschieten
 Definition
Hurry up
Term
over geld verdienen
 Definition
about making money
Term
overhemd
 Definition
shirt
Term
overmorgen
 Definition
the day after tomorrow
Term
pak je jij het bestek nog even uit de keuken
 Definition
you grab the cutlery from the kitchen
Term
petje
 Definition
cap
Term
plotseling
 Definition
suddenly
Term
recept
 Definition
recipe
Term
samenvatting
 Definition
resume
Term
sjouwen
 Definition
carry
Term
sommig
 Definition
some, certain (before singular het-nouns)
Term
sommige
 Definition
some, certain (1-before singular de-nouns 2-before plural nouns 3-independent, referring to things (plural)
Term
sommigen
 Definition
some (1-Independent, referring to persond (plural)
Term
spannend
 Definition
exciting
Term
sterk nog een keer
 Definition
strong one more time
Term
stift
 Definition
marker
Term
streep
 Definition
stripe
Term
stuurverwarming
 Definition
steering wheel heater
Term
sukkel
 Definition
softy
Term
tegenlijk
 Definition
against
Term
tegenwoordig
 Definition
nowadays
Term
tenminste
 Definition
at least
Term
terugsturen
 Definition
return
Term
toekomst
 Definition
future
Term
toemaar
 Definition
go ahead
Term
toen begon het plotseling te regenen
 Definition
then suddenly it started to rain
Term
toevoeging
 Definition
addition
Term
uitnodiging
 Definition
invitation
Term
uitrusten
 Definition
to rest
Term
vaak
 Definition
often
Term
valt wel mee toch
 Definition
it's okay though
Term
vast en zeker
 Definition
surely
Term
veel, vele
 Definition
many (1-before plural nouns 2-before singular uncountable nouns
Term
velen
 Definition
many (Independent, referring to plural nouns (persons)
Term
verdient
 Definition
deserves
Term
verdiepingen
 Definition
floors
Term
vergadering
 Definition
meeting
Term
vergaderingen
 Definition
meetings
Term
verhaaltje
 Definition
story
Term
verkiezingen
 Definition
elections
Term
verscheidene
 Definition
several (before plural nouns)
Term
verschillende
 Definition
several (before plural nouns)
Term
vind je ooks zoiets
 Definition
do you find something like that
Term
volkslied
 Definition
anthem
Term
vroeg
 Definition
early
Term
waar kletsen jullie over
 Definition
what are you talking about
Term
waarom
 Definition
Why
Term
wacht even
 Definition
wait a second
Term
wacht maar
 Definition
just wait
Term
wanneer was jij voor het laastst in het ziekenhuis
 Definition
when was the last time you were in hospital
Term
wat
 Definition
some, a bit of, a couple of (before plural and singular nouns)
Term
wat bedoel je
 Definition
what do you mean
Term
wat is erger
 Definition
what's worse
Term
wat weet je toch
 Definition
what do you know
Term
wat wil je weten
 Definition
what do you want to know
Term
we hebben inderdaad geen huiswerk
 Definition
we don't have homework
Term
we hebben niet zo veel nodig
 Definition
we don't need that much
Term
we kletsen later wel verder
 Definition
we'll chat later
Term
weet hoe je moet zoeken
 Definition
know how to search
Term
weet ik veel
 Definition
I do not know
Term
weinig
 Definition
few (1-before plural nouns 2-before singular uncountable nouns)
Term
weinigen
 Definition
few (independent, referring to plural nouns (persons)
Term
wel slagen voor het exam
 Definition
pass the exam
Term
weleens
 Definition
sometimes
Term
welk beroep vind je leuk
 Definition
what profession do you like
Term
werkse he
 Definition
working huh
Term
wie weet
 Definition
who knows
Term
wiskunde
 Definition
math
Term
wordt veel te duur
 Definition
becomes way too expensive
Term
you hebt vast en zeker een goed recept
 Definition
you certainly have a good recipe
Term
zal ik meegaan
 Definition
shall I go with you
Term
zeurkous
 Definition
nag
Term
zo is het wel genoeg
 Definition
that's enough
Term
zo vaak
 Definition
so often
Term
zoals ik al zei
 Definition
like I said
Term
zoiets
 Definition
something like that
Term
z'on reis
 Definition
his journey
Term
zullen we het doen
 Definition
shall we do it
Term
zullen we maar een pizza laten komen
 Definition
let's get a pizza
Term
aaien (ik-aai; jij-aait; jij?-aai; hij-aait; zij-aait ;wij-aaien; jullie-aaien; zij-aaien ;VVT-geaaid)
 Definition
to pet ()
Term
aan-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to put on ()
Term
aan-kleden (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to dress, to decorate ()
Term
aan-komen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to arrive ()
Term
aan-zetten (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to turn off ()
Term
afgesproken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-afgesproken)
 Definition
agreed to meet ()
Term
af-spreken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to speak to ()
Term
af-wassen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to wash ()
Term
bakken (ik-bak; jij-bakt; jij?-bak; hij-bakt; zij-bakt ;wij-bakken; jullie-bakken; zij-bakken ;VVT-gebakken)
 Definition
to bake, to fry ()
Term
bedoelen (ik-bedoel; jij-bedoelt; jij?-bedoel; hij-bedoelt; zij-bedoelt ;wij-bedoulen; jullie-bedoulen; zij-bedoulen ;VVT-bedoeld)
 Definition
to mean ()
Term
beginnen (ik-begin; jij-begint; jij?-begin; hij-begint; zij-begint ;wij-beginnen; jullie-beginnen; zij-beginnen ;VVT-begonnen)
 Definition
to begin ()
Term
beloven (ik-beloof; jij-belooft; jij?-beloof; hij-belooft; zij-belooft ;wij-beloven; jullie-beloven; zij-beloven ;VVT-beloofd)
 Definition
to promise ()
Term
beschermen (ik-bescherm; jij-beschermt; jij?-bescherm; hij-beschermt; zij-beschermt ;wij-beschermen; jullie-beschermen; zij-beschermen ;VVT-beschermd)
 Definition
to protect ()
Term
bestaan (ik-besta; jij-bestaat; jij?-besta; hij-bestaat; zij-bestaat ;wij-bestaan; jullie-bestaan; zij-bestaan ;VVT-bestaan)
 Definition
to exist ()
Term
bestellen (ik-bestel; jij-bestelt; jij?-bestel; hij-bestelt; zij-bestelt ;wij-bestellen; jullie-bestellen; zij-bestellen ;VVT-besteld)
 Definition
to order ()
Term
bewaren (ik-bewaar; jij-bewaart; jij?-bewaar; hij-bewaart; zij-bewaart ;wij-bewaren; jullie-bewaren; zij-bewaren ;VVT-bewaard)
 Definition
to hold, preserve, keep ()
Term
boos zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be angry about / with ()
Term
bouwen (ik-bouw; jij-bouwt; jij?-bouw; hij-bouwt; zij-bouwt ;wij-bouwen; jullie-bouwen; zij-bouwen ;VVT-gebouwd)
 Definition
to build ()
Term
brengen (ik-breng; jij-breng; jij?-brengt; hij-brengt; zij-brengt ;wij-brengen; jullie-brengen; zij-brengen ;VVT-gebracht)
 Definition
to bring, to take ()
Term
condoleren (ik-condoleer; jij-condoleert; jij?-cordoleer; hij-condoleert; zij-condoleert ;wij-condoleren; jullie-condoleren; zij-condoleren ;VVT-gecondoleerd)
 Definition
to give condolences to (gecondoleerd met je oma (condolences to your grandmother))
Term
dansen (ik-dans; jij-danst; jij?-dans; hij-danst; zij-danst ;wij-dansen; jullie-dansen; zij-dansen ;VVT-gedanst)
 Definition
to dance ()
Term
denken (ik-denk; jij-denkt; jij?-denk; hij-denkt; zij-denkt ;wij-denken; jullie-denken; zij-denken ;VVT-gedacht)
 Definition
to think of ()
Term
dicht-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to close ()
Term
doen (ik-doe; jij-doet; jij?-doe; hij-doet; zij-doet ;wij-doen; jullie-doen; zij-doen ;VVT-gedaan)
 Definition
to do ()
Term
dol zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be crazy about ()
Term
dragen (ik-draag; jij-draagt; jij?-draag; hij-draagt; zij-draagt ;wij-dragen; jullie-dragen; zij-dragen ;VVT-gedragen)
 Definition
to wear ()
Term
drinken (ik-drink; jij-drinkt; jij?-drink; hij-drinkt; zij-drinkt ;wij-drinken; jullie-drinken; zij-drinken ;VVT-gedronken)
 Definition
to drink ()
Term
eten (ik-eet; jij-eet; jij?-eet; hij-eet; zij-eet ;wij-eten; jullie-eten; zij-eten ;VVT-gegeten)
 Definition
to eat ()
Term
feliciteren (ik-feliciteer; jij-feliciteert; jij?-feliciteer; hij-feliciteert; zij-feliciteert ;wij-feliciteren; jullie-feliciteren; zij-feliciteren ;VVT-)
 Definition
to congratulate with ()
Term
gaan (ik-ga; jij-gaat; jij?-ga; hij-gaat; zij-gaat ;wij-gaan; jullie-gaan; zij-gaan ;VVT-gegaan)
 Definition
to go ()
Term
gek zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be crazy about ()
Term
genieten (ik-geniet; jij-geniet; jij?-geniet; hij-geniet; zij-geniet ;wij-genieten; jullie-genieten; zij-genieten ;VVT-)
 Definition
to enjoy ()
Term
geven (ik-geef; jij-geeft; jij?-geef; hij-geeft; zij-geeft ;wij-geeft; jullie-geven; zij-geven ;VVT-)
 Definition
to give to ()
Term
gooien (ik-gooi; jij-gooit; jij?-gooi; hij-gooit; zij-gooit ;wij-gooien; jullie-gooien; zij-gooien ;VVT-gegooid)
 Definition
to throw, to cast ()
Term
hebben (ik-heb; jij-hebt; jij?-heb; hij-heeft; zij-heeft ;wij-hebben; jullie-hebben; zij-hebben ;VVT-gehad)
 Definition
to have ()
Term
herinneren (ik-herinner; jij-herinnert; jij?-herinner; hij-herinnert; zij-herinnert ;wij-herinneren; jullie-herinneren; zij-herinneren ;VVT-herinnerd)
 Definition
to remember ()
Term
horen (ik-hoor; jij-hoort; jij?-hoor; hij-hoort; zij-hoort ;wij-horen; jullie-horen; zij-horen ;VVT-gehoord)
 Definition
to hear ()
Term
houden (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to love ()
Term
huilen (ik-huil; jij-huilt; jij?-huil; hij-huilt; zij-huilt ;wij-huilen; jullie-huilen; zij-huilen ;VVT-gehuild)
 Definition
to cry ()
Term
huren (ik-huur; jij-huurt; jij?-huur; hij-huurt; zij-huurt ;wij-huren; jullie-huren; zij-huren ;VVT-gehuurd)
 Definition
to rent ()
Term
in-leveren (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to hand in ()
Term
in-pakken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to pack ()
Term
in-stappen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to put in ()
Term
in-vullen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to fill in ()
Term
kiezen (ik-kies; jij-liest; jij?-kies; hij-kiest; zij-kiest ;wij-kiezen; jullie-kiezen; zij-kiezen ;VVT-gekozen)
 Definition
to choose ()
Term
kijken (ik-kijk; jij-kijkt; jij?-kijk; hij-kijkt; zij-kijkt ;wij-kijken; jullie-kijken; zij-kijken ;VVT-gekeken)
 Definition
to see ()
Term
klinken (ik-klink; jij-klinkt; jij?-klink; hij-klinkt; zij-klinkt ;wij-klinken; jullie-klinken; zij-klinken ;VVT-geklonken)
 Definition
to sound, to klink (glasses), to rivet ()
Term
koken (ik-kook; jij-kookt; jij?-kook; hij-kookt; zij-kookt ;wij-koken; jullie-koken; zij-koken ;VVT-gekoken)
 Definition
to cook, boil ()
Term
kopen (ik-koop; jij-koopt; jij?-koop; hij-koopt; zij-koopt ;wij-kopen; jullie-kopen; zij-kopen ;VVT-gekoocht)
 Definition
to buy ()
Term
kunnen (ik-kan; jij-kunt; jij?-kun; hij-kan; zij-kan ;wij-kunnen; jullie-kunnen; zij-kunnen ;VVT-gekund)
 Definition
to be able to ()
Term
lachen (ik-lach; jij-lacht; jij?-lach; hij-lacht; zij-lacht ;wij-lachen; jullie-lachen; zij-lachen ;VVT-gelachen)
 Definition
to laugh ()
Term
leren (ik-leer; jij-leert; jij?-leer; hij-leert; zij-leert ;wij-leren; jullie-leren; zij-leren ;VVT-geleerd)
 Definition
to teach, to learn ()
Term
lezen (ik-lees; jij-leest; jij?-lees; hij-leest; zij-leest ;wij-lezen; jullie-lezen; zij-lezen ;VVT-gelezen)
 Definition
to read ()
Term
liggen (ik-lig; jij-lig; jij?-ligt; hij-lig; zij-ligt ;wij-liggen; jullie-liggen; zij-liggen ;VVT-gelegen)
 Definition
to lie. Gaan liggen - to lie down ()
Term
lijken (ik-lijk; jij-lijkt; jij?-lijk; hij-lijkt; zij-lijkt ;wij-lijken; jullie-lijken; zij-lijken ;VVT-geleken)
 Definition
to like ()
Term
lopen (ik-loop; jij-loopt; jij?-loop; hij-loopt; zij-loopt ;wij-lopen; jullie-lopen; zij-lopen ;VVT-gelopen)
 Definition
to walk ()
Term
luisteren (ik-luister; jij-luistert; jij?-luister; hij-luistert; zij-luistert ;wij-luisteren; jullie-luisteren; zij-luisteren ;VVT-geluisterd)
 Definition
to listen ()
Term
meedoen (ik- ; jij- ; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to participate in ()
Term
moeten (ik-moet; jij-moet; jij?-moet; hij-moet; zij-moet ;wij-moeten; jullie-moeten; zij-moeten ;VVT-gemoeten)
 Definition
to have to, to must, to be abliged to ()
Term
mogen (ik-mag; jij-mag; jij?-mag; hij-mag; zij-mag ;wij-mogen; jullie-mogen; zij-mogen ;VVT-gemogen)
 Definition
to be allowed / permitted to, to like, to may (be) ()
Term
nadenken (ik-ik denk na... dat ik nadenk…; jij-jij/u denkt na… dat jij/u nadenkt…; jij?-denk jij na? Denkt u na?; hij-hij denkt na… dat hij nadenkt; zij-zij denkt na… dat zij nadenkt ;wij-wij denken na.. Dat wij nadenken; jullie-; zij- ;VVT-ik heb nadenken)
 Definition
think it over ()
Term
na-denken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to think of ()
Term
na-kijken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to check ()
Term
ontmoeten (ik-ontmoet; jij-ontmoet; jij?-ontmoet; hij-ontmoet; zij-ontmoet ;wij-ontmoeten; jullie-ontmoeten; zij-ontmoeten ;VVT-)
 Definition
to meet ()
Term
op-bellen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to call ()
Term
open-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to open ()
Term
op-eten (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to eat ()
Term
op-halen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to retrieve ()
Term
op-passen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to watch out, to beware ()
Term
pakken (ik-pak; jij-pakt; jij?-pak; hij-pakt; zij-pakt ;wij-pakken; jullie-pakken; zij-pakken ;VVT-gepakt)
 Definition
to take ()
Term
passen (ik-pas; jij-past; jij?-pas; hij-past; zij-past ;wij-passen; jullie-passen; zij-passen ;VVT-gepart)
 Definition
to fit ()
Term
praten (ik-praat; jij-praat; jij?-praat; hij-praat; zij-praat ;wij-praten; jullie-praten; zij-praten ;VVT-gepraat)
 Definition
to talk, speak, chat, gab ()
Term
regelen (ik-regel; jij-regelt; jij?-regel; hij-regelt; zij-regelt ;wij-regelen; jullie-regelen; zij-regelen ;VVT-geregeld)
 Definition
to organize ()
Term
rennen (ik-ren; jij-rent; jij?-ren; hij-rent; zij-rent ;wij-rennen; jullie-rennen; zij-rennen ;VVT-gerend)
 Definition
to run ()
Term
ruilen (ik-ruil; jij-ruilt; jij?-ruil; hij-ruilt; zij-ruilt ;wij-ruilen; jullie-ruilen; zij-ruilen ;VVT-reruild)
 Definition
to exchange ()
Term
samenwerken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to work toether ()
Term
samen-wonen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to work together ()
Term
scheiden (ik-scheid; jij-scheidt; jij?-scheid; hij-scheidt; zij-scheidt ;wij-scheiden; jullie-scheiden; zij-scheiden ;VVT-gescheiden)
 Definition
to be divorced from ()
Term
schoon-maken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to make clean ()
Term
schrijven (ik-schrif; jij-schrift; jij?-schrijf; hij-schrijft; zij-schrijft ;wij-schrijven; jullie-schrijven; zij-schrijven ;VVT-geschreven)
 Definition
to write ()
Term
shoppen (ik-shop; jij-shopt; jij?-shop; hij-shopt; zij-shopt ;wij-shopen; jullie-shopen; zij-shopen ;VVT-geshopt)
 Definition
to shop ()
Term
slagen (ik-slaag; jij-slaagt; jij?-slaag; hij-slaagt; zij-slaagt ;wij-slagen; jullie-slagen; zij-slagen ;VVT-geslaagd)
 Definition
to succeed at ()
Term
slapen (ik-slaap; jij-slaapt; jij?-slaap; hij-slaapt; zij-slaapt ;wij-slapen; jullie-slapen; zij-slapen ;VVT-geslapen)
 Definition
to sleep ()
Term
snijden (ik-snijd; jij-snijdt; jij?-snijd; hij-snijdt; zij-snijdt ;wij-snijden; jullie-snijden; zij-snijden ;VVT-gesneden)
 Definition
to cut, carve ()
Term
solliciteren (ik-soliciteer; jij-soliciteert; jij?-soliciteer; hij-soliciteert; zij-soliciteert ;wij-soliciteren; jullie-soliciteren; zij-soliciteren ;VVT-gesolliciteerd)
 Definition
to apply for ()
Term
spreken (ik-spreek; jij-spreekt; jij?-spreek; hij-spreekt; zij-spreekt ;wij-spreken; jullie-spreken; zij-spreken ;VVT-gesproken)
 Definition
to speak to ()
Term
staan (ik-sta; jij-staat; jij?-sta; hij-staat; zij-staat ;wij-staan; jullie-staan; zij-staan ;VVT-gestaan)
 Definition
to stand ()
Term
stemmen (ik-stem; jij-stemt; jij?-stem; hij-stemt; zij-stemt ;wij-stemmen; jullie-stemmen; zij-stemmen ;VVT-gestemd)
 Definition
to vote for ()
Term
stoppen (ik-stop; jij-stopt; jij?-stop; hij-stopt; zij-stopt ;wij-stoppen; jullie-stoppen; zij-stoppen ;VVT-gestopt)
 Definition
to stop ()
Term
sturen (ik-stuur; jij-stuurt; jij?-stuur; hij-stuurt; zij-stuurt ;wij-sturen; jullie-sturen; zij-sturen ;VVT-gestuurd)
 Definition
to send ()
Term
terugsturen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
return ()
Term
tevreden zijn (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to be satisfied with ()
Term
trakteren (ik-trakteer; jij-trakteert; jij?-trakteer; hij-trakteert; zij-trakteert ;wij-trakteren; jullie-trakteren; zij-trakteren ;VVT-getrakteerd)
 Definition
to treat ()
Term
trouwen (ik-trouw; jij-trouwt; jij?-trouw; hij-trouwt; zij-trouwt ;wij-trouwen; jullie-trouwen; zij-trouwen ;VVT-getrouwd)
 Definition
to be married to ()
Term
uit-doen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
turn off, put out, extinguish ()
Term
uit-kleden (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to undress ()
Term
uit-pakken (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to unpack ()
Term
uit-stappen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to take out, to unclog ()
Term
vallen (ik-val; jij-valt; jij?-val; hij-valt; zij-valt ;wij-vallen; jullie-vallen; zij-vallen ;VVT-gevallen)
 Definition
to fall ()
Term
verdienen (ik-verdien; jij-verdient; jij?-verdien; hij-verdient; zij-verdient ;wij-verdieren; jullie-verdieren; zij-verdieren ;VVT-verdiend)
 Definition
to deserve ()
Term
verkopen (ik-verkoop; jij-verkoopt; jij?-verkoop; hij-verkoopt; zij-verkoopt ;wij-verkopen; jullie-verkopen; zij-verkopen ;VVT-verkocht)
 Definition
to sell ()
Term
verliezen (ik-verlies; jij-verliest; jij?-verlies; hij-verliest; zij-verliest ;wij-verliezen; jullie-verliezen; zij-verliezen ;VVT-verloren)
 Definition
to lose from (to) ()
Term
vragen (ik-vraag; jij-vraagt; jij?-vraag; hij-vraagt; zij-vraagt ;wij-vragen; jullie-vragen; zij-vragen ;VVT-gevraagd)
 Definition
to ask ()
Term
wachten (ik-wacht; jij-wacht; jij?-wacht; hij-wacht; zij-wacht ;wij-wachten; jullie-wachten; zij-wachten ;VVT-gewacht)
 Definition
to wait for / on ()
Term
wassen (ik-was; jij-wast; jij?-was; hij-wast; zij-wast ;wij-wassen; jullie-wassen; zij-wassen ;VVT-gewassen)
 Definition
to wash ()
Term
weg-brengen (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to take away ()
Term
weg-gaan (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to go away ()
Term
weg-gooien (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to throw away ()
Term
wennen (ik-wen; jij-went; jij?-wen; hij-went; zij-went ;wij-wennen; jullie-wennen; zij-wennen ;VVT-gewend)
 Definition
to get used to ()
Term
werken (ik-werk; jij-werkt; jij?-werk; hij-werkt; zij-werkt ;wij-werken; jullie-werken; zij-werken ;VVT-gewerkt; voorzetsel- )
 Definition
to work ()
Term
weten (ik-weet; jij-weet; jij?-weet; hij-weet; zij-weet ;wij-weten; jullie-weten; zij-weten ;VVT-geweten)
 Definition
to know ()
Term
willen (ik-wil; jij-wilt; jij?-wil; hij-wil; zij-wil ;wij-willen; jullie-willen; zij-willen ;VVT-gewild)
 Definition
to want to, to wish (The -t is dropped when the verb precedes the pronoun. Thus, jij wilt / wil je)
Term
winnen (ik-win; jij-wint; jij?-win; hij-wint; zij-wint ;wij-winnen; jullie-winnen; zij-winnen ;VVT-gewonnen)
 Definition
to win from ()
Term
wonen (ik-woon; jij-woont; jij?-woon; hij-woon; zij-woon ;wij-wonen; jullie-wonen; zij-wonen ;VVT-gewoond)
 Definition
to live, dwell, reside, inhabit ()
Term
zakken (ik-zak; jij-zakt; jij?-zak; hij-zakt; zij-zakt ;wij-zakken; jullie-zakken; zij-zakken ;VVT-gezaakt)
 Definition
to fail at ()
Term
zeggen (ik-zeg; jij-zegt; jij?-zeg; hij-zegt; zij-zegt ;wij-zeggen; jullie-zeggen; zij-zeggen ;VVT-gezakt)
 Definition
to say, to tell ()
Term
zien (ik-zie; jij-ziet; jij?-zie; hij-ziet; zij-ziet ;wij-zien; jullie-zien; zij-zien ;VVT-gezien)
 Definition
to see ()
Term
zijn (ik-ben; jij-bent; jij?-ben; hij-is; zij-is ;wij-zijn; jullie-zijn; zij-zijn ;VVT-geweest)
 Definition
to be ()
Term
zin hebben (ik-; jij-; jij?-; hij-; zij- ;wij-; jullie-; zij- ;VVT-)
 Definition
to want / fancy ()
Term
zitten (ik-zit; jij-zit; jij?-zit; hij-zit; zij-zit ;wij-zitten; jullie-zitten; zij-zitten ;VVT-gezeten)
 Definition
to sit ()
Term
zoeken (ik-zoek; jij-zoekt; jij?-zoek; hij-zoekt; zij-zoekt ;wij-zoeken; jullie-zoeken; zij-zoeken ;VVT-gezocht)
 Definition
to search ()
Term
zorgen (ik-zorg; jij-zorgt; jij?-zorg; hij-zorgt; zij-zorgt ;wij-zorgen; jullie-zorgen; zij-zorgen ;VVT-gezorgd)
 Definition
to care for ()
Term
zullen (ik-zal; jij-zult; jij?-zal; hij-zal; zij-zal ;wij-zullen; jullie-zullen; zij-zullen ;VVT-)
 Definition
shall ()
Term
zwemmen (ik-zwem; jij-zwemt; jij?-zwem; hij-zwemt; zij-zwemt ;wij-zwemmen; jullie-zwemmen; zij-zwemmen ;VVT-gezwommen)
 Definition
to swim ()
Supporting users have an ad free experience!