De persoonlijke overtuigingen en de gevoelens van onderzoekers spelen een rol in het onderzoek. Leg uit waar dat allemaal in naar voren komt (7) en wat is daarom belangrijk om daarbij te doen?

Keuze van onderzoeksgebied, formulering van onderzoeksvraag, onderzoeksmethode, formulering (kwantitatief/kwalitatief) en data-verzameling technieken, realisatie van data-verzameling, analyse van data, interpretatie van data en getrokken conclusies.

Het is voor de waardeoordeel belangrijk reflectief naar jezelf als onderzoeker en als mens te zijn (reflexiviteit).

: De keuze voor een bepaald research design hangt af van waar de prioriteiten liggen. Noem 4 voorbeelden van prioriteiten.

Een methode om data te verzamelen.

Betrouwbaarheid, repliceerbaarheid, validiteit en relevantie. Is het herhaalbaar, en blijft de uitkomst dan constant. Het opnieuw doen van het onderzoek. Is het onderzoek geldig?

Als de onderzoeker data verzamelt die zich in natuurlijke omstandigheden en plaatsen tot hem komen, dus niet in gecreëerde situaties.

Houden zich bezig met de vraag hoe individuen betekenis geven aan de wereld om hun heen en hoe de vraag hoe individuen betekenis geven aan de wereld om hun heen en hoe de onderzoeker dit interpreteert/ analyseert/ hiermee omgaat.

Wat zijn actoren? 

De betrokkenen (personen, organisaties en instanties) bij de uitvoering van het onderzoek of sanering. 

Stelt vragen over de sociale entiteiten (iets dat echt bestaat)/instanties. Zijn ze nou opgebouwd uit actoren of bestaan zij op zichzelf?  Dat zijn betrokkenen (personen, organisaties en instanties) bij de uitvoering van het onderzoek of sanering. 

Het komt voort ui de ontological consideration. Het zijn sociale fenomenen die buiten ons invloed bestaan en op zichzelf. Een organisatie heeft regels, maar dat geld ook voor cultuur. Er zijn regels waar we ons aan moeten houden en zo niet dan gelden er consequenties. En het is waardevrij.

Het komt voort uit de ontological consideration. Organsaties en cultuur worden constant bereikt door het handelen van sociale actoren. Ze komen dus voort uit sociale interactie, laatste jaren is idee bijgekomen dat onderzoeker hoe dan ook invloed heeft op de sociale werkelijkheid. Anders dan het objectivisme is er geen definitieve werkelijkheid, want het verandert steeds. Oftewel het is dynamisch omdat ze geconstrueerd zijn, woorden krijgen betekenis door interactie bv.mannenlijkheid. 

: Leg uit waarin men zich meer richt in het onderzoek wanneer het gelooft in objectivisme en constructionisme.

Kwantitatief is deductief (testen van theorieën). Het verwerpt het positivisme en ziet dat de sociale realiteit als externe/ objectieve werkelijkheid. Kwalitatief is inductief (het creëren van theorieën).   

Helemaal waardevrij zijn kan bijna niet. Waarom is reflexiviteit dan zo belangrijk?

Want daardoor wordt het belemmerd dat alle waarden van een onderzoeker betrokken raken bij het onderzoek. 

Sommige zijn bewust geladen (bv. Feministen). Zij schrijven voor vrouwen en willen daarbij hun waarden overbrengen. 

Omdat er informatie wordt getrokken uit de participant maar deze krijg er nauwelijks/niks voor terug. 

Waarom is kwantitatief onderzoek vaak niet geschikt of moeilijk?

Het is moeilijk als er nooit eerder onderzoek naar is gedaan want er is dan weinig beschikbare literatuur. Ook als men echt vertrouwen van de participanten nodig heeft voor een onderzoek, bv. Een gevaarlijke milieu.