Term
| 2 aan middel gebonden stoornissen |
|
Definition
- stoornissen in het gebruik van een middel - stoornissen door een middel teweeggebracht |
|
|
Term
| niet middel gebonden stoornis |
|
Definition
|
|
Term
| Wanneer is de piek van alcohoilproblemen in het Westen en wanneer houdt het meestal op? |
|
Definition
18-21 jaar bij start werken en gezin stichten |
|
|
Term
| welke 2 aspecten in de VG komen vaak voor bij de zwaardere problematie die niet stopt met drinken? |
|
Definition
- gedragsproblemen in de jeugd - mishandeld of misbruikt in de jeugd |
|
|
Term
|
Definition
- vroege remissie: minder dan 12 maanden, grootste kans op terugval - langdurige remissie: meer dan 12 maanden, behalve craving |
|
|
Term
| Indeling licht, matig en ernstig in de diagnostiek |
|
Definition
Er zijn in totaal 11 criteria - licht: 2-3 criteria - matig: 4-5 criteria - ernstig: 6 of meer criteria |
|
|
Term
| Noem 5 veranderingen in de DSM-5 |
|
Definition
- farmacologische criteria niet meer nodig voor diagnose verslaving - term verslaving is weer terug - misbruik en afhankelijkheid zijn eruit excessief gebruik is geen criterium meer - in aanraking komen met justitie is eruit |
|
|
Term
| In welke 4 categorieën zijn de 11 criteria verdeeld? |
|
Definition
- controleverlies over het middel 1-4 - sociale beperkingen agv verslavingsgedrag 5-7 - risicovol gebruik 8-9 - tolerantie en onttrekkingssymptomen 10-11 |
|
|
Term
| Kalmerende middelen: verschijnselen bij overmatig gebruik en onttrekking |
|
Definition
overmatig: depressie onttrekking: angst |
|
|
Term
| Stimulerende middelen: verschijnselen bij overmatig gebruik en onttrekking |
|
Definition
overmatig: angst onttrekking: depressie |
|
|
Term
| onttrekking met waarnemingsstoornis |
|
Definition
| hallucinatie of illusies met intacte realiteitstoetsing. Men heeft door dat het door gebruik komt. |
|
|
Term
| alcohol en ghb, stimulerend of bewustzijnsverlagend? |
|
Definition
| eerst stimulerend en daarna bewustzijnsverlagend. |
|
|
Term
| Tabak: hoeveel % lukt het om zonder hulp te stoppen? |
|
Definition
|
|
Term
| Waarom is tabak zo verslavend 3? |
|
Definition
- samenspel van psychoactieve stoffen - activatie beloningssysteem - gewoontevorming |
|
|
Term
| Vluchtige stofen: hoge dosis 3 |
|
Definition
| acute vergiftiging, bewusteloosheid, dood |
|
|
Term
| Vluchtige stofen: lage dosis 4 |
|
Definition
| beroerd met diarree, hartspierbeschadigingen, zwerend hoornvlies, verlamming oogleden |
|
|
Term
Diagnose gokstoornis: - criteria - vaak 2 - minst vaak 1 |
|
Definition
- minstens 4 criteria in afgelopen 12 mnd - preoccupatie met gokken (vaak) - met opnieuw goken proberen verlies goed te maken (vaak) - anderen om geld vragen bij financiËle problemen (minst) |
|
|
Term
| Diagnostische methoden: zelfrapportagelijsten alcohol en cannabis/drugs |
|
Definition
- alcohol: AUDIT (WHO) - cannabis/drugs: CUDIT, DUDIT |
|
|
Term
| Diagnostische methoden: welke 2 methoden gebruikt voor stellen diagnose |
|
Definition
|
|
Term
| Wanneer kan diagnose comorbide angst of depressie gesteld worden? |
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
| steeds hogere beloning voor schoon plasje |
|
|
Term
| Community Reinforcement Approach |
|
Definition
| omgeving van verslaafde beloont alternatief gedrag |
|
|
Term
| Wat is de huidige visie op verslaving? |
|
Definition
- chronische neurobiologische ziekte - leidt tot permanente veranderingen in de hersenen waardoor gevoeligheid blijft bestaan voor nieuwe verslaving |
|
|
Term
| Welke leeftijd meeste gebruikers |
|
Definition
|
|
Term
| Hoe oud zijn de meesten in klinieken en hoe lang verslaafd? |
|
Definition
| gemiddeld 45 en 10 jaar verslaafd |
|
|
Term
| Hoeveel aan alcohol verslaafd in NL? |
|
Definition
|
|
Term
| Hoeveel % rookt dagelijks in NL? |
|
Definition
|
|
Term
| Man-vrouw verdeling benzo's |
|
Definition
|
|
Term
| Hoeveel % van de harddruggebruikers is afhankelijk? |
|
Definition
|
|
Term
| Hoeveel % van de gokverslaafden zoekt hulp? |
|
Definition
|
|
Term
| Hoeveel % van de kwetsbaarheid voor verslaving verklaard door genetische factoren? |
|
Definition
|
|
Term
| Gene voor welke 2 eigenschappen spelen mee in verslaving? |
|
Definition
- genen voor initiële reactie (opwinding) - genen voor tolerantie |
|
|
Term
| Verslaving bij mensen die hoog scoren op externaliserende trekken, 5 aspecten |
|
Definition
- gebruik voor de kick en om verveling tegen te gaan, mestal jongens - externe probleemverwerking: omgeving krijgt de schuld - beste voorspeller: gedragsproblemen in jeugd - grotere genetische bijdrage - vaak polygebruik |
|
|
Term
| Verslaving bij mensen die hoog scoren op internaliserende trekken, 3 aspecten |
|
Definition
- gebruik om problemen te vergeten, vaak vrouwen - verstoorde stressreactiviteit met oorzaak in jeugd, maar kan ook gevolg van verslaving zijn - vaak alcohol |
|
|
Term
| Gen-omgevingsinteractie 2 |
|
Definition
- beschikbaarheid van het middel is belangrijke omgevingsfactor die interacteert met genetische kwetsbaarheid - genen beïnvloeden sterker hoeveel iemand gaat gebruiken dan het startmoment |
|
|
Term
| Hoeveel % van verslaving wordt veroorzaakt door specifieke genen? |
|
Definition
- 1,5% - eerder een complex samenspel van honderden genen met elkaar en met omgevingsinvloeden. |
|
|
Term
| 3 modellen van klassieke leerprincipes bij het ontstaan van verslaving |
|
Definition
- Compensatoir model (Siegel) - Appetitief Model (Stewart) - Sensitisatiemodel ( Robinson & Berridge) |
|
|
Term
| Compensatoir model (Siegel) |
|
Definition
| Voorbereidende compensatoire respons, hierdoor vaak overdosis in vreemde omgeving. |
|
|
Term
| Appetitief Model (Stewart) |
|
Definition
| Bij veelvuldig gebruik ontstaat associatie tussen cues en het positieve belonende effect van de middelen. Cues ontlokken lichamelijke reacties die voorbereiden op fijne effecten van het middel = isodirectionele respons: reacties die lijken op effecten van de drugs. Deze craving motiveert tot drugsgebruik. |
|
|
Term
|
Definition
| Verslaving is gevolg van steeds gevoeliger worden voor cues. Appetitieve respons is steeds sneller actief en niet altijd bewust. Associaties in impliciete geheugen. Limbisch systeem speelt een rol. Bij terugval dus niet altijd toegenomen craving. |
|
|
Term
| Operante leerprincipe: spanningsreductiehypothese (Longer) |
|
Definition
| Alcohol drinken reduceert spanning (=negatieve bekrachtiging), dit positieve effect (beloning) leidt tot meer drinken. Theorie niet bewezen. Meer drinken kan ook leiden tot stress. Men drinkt meestal na de stress, omdat spanningsreductie verwacht wordt = belangrijke cognitie bij verslaving. |
|
|
Term
| Cognitieve determinanten: verwachtingen |
|
Definition
| verwachtingen over de gevolgen van gedrag zijn betere voorspellers van toekomstig gedrag dan de daadwerkelijke gevolgen. Deze verwachtingen bepalen ook wel/niet plaatsvinden van spanningsreductie bij gebruik. Bandura. |
|
|
Term
| Cognitieve determinanten: bifasische respons |
|
Definition
| er is stiimulerend effect na inname bij lage dosis, gevolgd door depend effect bij hoge dosis. Het eerste effect is de basis voor positieve verwachtingen en motiveert tot verder gebruik. |
|
|
Term
| Cognitieve determinanten: balanced placebo design |
|
Definition
| verwachtingen over de alcoholeffecten bepalen of iemand blijft drinken, niet het effect ervan. experiment met wijn. |
|
|
Term
| Automatische processen bij verslaving: aandachtsbias |
|
Definition
| men ontwikkelt onbewust en selectief een aandachtsbias voor prikkels die naar het middel verwijzen. |
|
|
Term
| Automatische processen bij verslaving: Strooptaak |
|
Definition
| langer blijven hangen op middelgerelateerde woorden voorspelt grote terugvalkans |
|
|
Term
| Automatische processen bij verslaving: Dot-probe-taak |
|
Definition
| reageren op stip achter wel/niet middelgerelateerde afbeelding. |
|
|
Term
| Automatische processen bij verslaving: Impliciete Associatie Test |
|
Definition
| automatische associaties bieden een goede voorspeller van het drinkgedrag. Consequente negatieve koppelingen laten het alcoholgebruik dalen. |
|
|
Term
| Automatische processen bij verslaving: toenaderingsneiging |
|
Definition
| verslaafden neigen ertoe middelgerelateerde afbeeldingen naar zich toe te trekken met joystick. |
|
|
Term
|
Definition
- empathisch uitdrukken - versterken zelfeffectiviteit - gebruikmaken van weerstand - ambivalentie versterken |
|
|