Term
|
Definition
| Verzamelbegrip van het ziektebeeld waarbij denken en gedrag meestal geleidelijk progressief verstoord raken, dit wordt veroorzaakt door aandoeningen in de hersenen en komt met name voor op oudere leeftijd. |
|
|
Term
| Vanaf welke leeftijd is er een meetbare achteruitgang in het cognitief vermogen? |
|
Definition
|
|
Term
| Welke gebieden zijn belangrijk voor het uitvoeren van executieve functies en worden geraakt bij dementie? ( |
|
Definition
| 1. Frontale cortex 2. Orefrontale cortex |
|
|
Term
| Wat is de algemene vertragingshypothese? |
|
Definition
| Bij ouderen treedt een algemene vertraging op bij het verwerken van informatie, de verwerking van nieuwe informatie kan daardoor zoveel tijd in beslag nemen dat er weinig tijd over blijft om deze informatie te integreren in het bestaande kennis systeem. |
|
|
Term
| In welke egeheugenfuncties treedt bij veroudering achteruitgang op? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Retrospectief 2. Prospectief |
|
|
Term
|
Definition
| Herkenning van informatie uit het verleden. |
|
|
Term
|
Definition
| Herinneren van voornemens. |
|
|
Term
| Welk soort geheugen gaat al vroeg achteruit met het ouder worden? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is het episodisch geheugen? |
|
Definition
| Herinneringen aan informatie die aan tijd en plaats gebonden zijn. |
|
|
Term
| Wel soort geheugen blijft gespaard bij dementie? |
|
Definition
| Het semantisch geheugen blijft relatief gespaard. |
|
|
Term
| Wat is het semantisch geheugen? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is volgens de DSM het belangrijkste kenmerk van dementie? |
|
Definition
|
|
Term
| Volgens de DSM moet er naast de geheugenstoornissen ook tenminste een andere cognitieve stoornis zijn, welke? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Afasie 2. Apraxie 3. Agnosie 4. Stoornissen van de executieve functies |
|
|
Term
|
Definition
|
|
Term
|
Definition
| Onvermogen om doelbewuste handelingen uit te voeren. |
|
|
Term
|
Definition
| Onvermogen objecten te identificeren. |
|
|
Term
| Wat zijn stoornissen van de executieve functies? |
|
Definition
| Stoornissen in planning en evaluatie van gedrag. |
|
|
Term
| Wat houdt Behavioral and Psychological Symptoms of Dementia (BPSD) in? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Gedragsproblemen 2. Psychiatrische stoornissen (bewegingsonrust, apathie, agressie, somberheid en psychotisch gedrag) |
|
|
Term
| Wat zijn de symptoomclusters bij BPSD? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Hyperactief 2. Psychotisch 3. Affectief 4. Apathisch |
|
|
Term
|
Definition
| Onrust, euforie, ontremming, irritatie, bewegingsonrust. |
|
|
Term
|
Definition
| Wanen, hallucinaties, gedragsstoornissen in de nacht. |
|
|
Term
|
Definition
| Depressieve en angstsymptomen. |
|
|
Term
|
Definition
| Apathie en afwijkingen van het eetpatroon. |
|
|
Term
| Wat zijn risico factoren voor dementie? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Leeftijd 2. Familiegeschiedenis 3. Apolipoprotein E genotype 4. Syndroom van down |
|
|
Term
| Wat zijn beschermende factoren voor dementie? (9 punten) |
|
Definition
| 1. Ontstekingsremmers 2. Oestrogeen 3. Antioxidanten 4. Vitaminen 5. Weinig alcohol 6. Onverzadigde vetzuren 7. Sociaal netwerk 8. Beweging 9. Intellectueel stimulerende activiteiten |
|
|
Term
| Met welke aandoeningen wordt dementie wel eens verward? (2 punten) |
|
Definition
|
|
Term
| Wat zijn de kenmerken van een delirium? (3 punten) |
|
Definition
| 1. Niet met de aandacht bij de omgeving 2. Afgenomen arousal niveau 3. Fluctueren van cognitieve problemen |
|
|
Term
| Wat zijn de verschillen tussen een delirium en dementie? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Cognitieve problemen zijn stabiel 2. Vroege en midden fase is de persoon juist alert |
|
|
Term
| Wat kan verklaren waarom dementie en depressie worden verward met elkaar? |
|
Definition
| Depressieve klachten zijn vaak de eerste symptomen van dementie en ouderen depressieve mensen klagen vaak over geheugenproblemen, dat maakt het lastig om de juiste diagnose te stellen. |
|
|
Term
| Waar hebben oudere mensen met een depressie last van? |
|
Definition
| Ouderen mensen met een depressie hebben eerder problemen met het executief functioneren. |
|
|
Term
| Waar hebben oudere mensen met dementie meer last van? |
|
Definition
| Mensen met dementie hebben meer geheugenproblemen. |
|
|
Term
| Welke vormen van dementie zijn er? (5 punten) |
|
Definition
| 1. Ziekte van Alzheimer 2. Vasculaire dementie 3. Dementie met Lewy-lichaampjes 4. Frontotemporale dementie 5. Mild cognitive impariment (MCI) |
|
|
Term
| Wat is de ziekte van Alzheimer? |
|
Definition
| Sluipend begin, langzaam progressief en meest voorkomend, betrokken gebieden zijn de hippocampus en de temperale cortex, plaques en tangles. |
|
|
Term
| Wat is vasculaire dementie? |
|
Definition
| Plots, stapsgewijs, symptomen hangen af van het getroffen gebied, meer problemen met executieve functies. |
|
|
Term
| Wat is dementie met Lewy-lichaampjes? |
|
Definition
| Draadvormige insluitsels in afstervende zenuwcellen, plaques, progressieve stoornissen, visuele hallucinaties, symptomen fluctureren, kunnen niet tegen medicatie voor parkinson. |
|
|
Term
| Wat is frontotemporale dementie? |
|
Definition
| Degeneratie van frontale cortex en delen van de temporale cortex, stoornissen in oordeelsvermogen, herhalen van handelingen, impulsiviteit en sociaal ongepast gedrag. |
|
|
Term
| Wat is mild cognitive impariment (MCI)? |
|
Definition
| Prodromale stadium van dementie |
|
|
Term
| Hoe lang voordat de symptomen verschijnen ontwikkeld Alzheimer zich al? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat zijn de vormen van vasculaire dementie? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Corticale vorm 2. Subcorticale vorm |
|
|
Term
| Wat is de corticale vorm? |
|
Definition
| Een of meerdere infarcten aan de cerebrale cortex, halfzijdige verlamming. |
|
|
Term
| Wat is de subcorticale vorm? |
|
Definition
| Infarcten in lager gelegen hersenstructuren, traagheid in denken, geheugenproblemen, executieve problemen en verandering in persoonlijkheid en gedrag. |
|
|
Term
| Wat zijn de kenmerken van mild cognitive impairment? (7 punten) |
|
Definition
| 1. Verminderde zelfredzaamheid 2. Emotionele kwetsbaarheid 3. Verhoogde prikkelbaarheid 4. Meer introvert gedrag 5. Verminderd initiatief 6. Verminderde spankracht 7. Milde geheugen en concentratieproblemen |
|
|
Term
| Wat zijn de subtypen mild cognitive impairment? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Amnestische subtype 2. Niet-amnestische subtype |
|
|
Term
| Wat is het amnestische subtype? |
|
Definition
| Uitsluitend geheugenbeperkingen. |
|
|
Term
| Wat is het niet-amnestische subtype? |
|
Definition
| Gekenmerkt door beperkingen op andere cognitieve gebieden. |
|
|
Term
| Wat is de behandeling voor dementie? |
|
Definition
| Voor vrijwel alle vormen van dementie bestaat geen curatieve behandeling, wel is er medicatie die het beloop kan beinvloeden of vertragen. |
|
|
Term
| Welke soorten behandelingen zijn er voor dementie? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Farmacologische behandeling 2. Niet-farmacologische behandeling |
|
|
Term
| Waar zijn farmacologische behandelingen op gericht? |
|
Definition
| Het optimaliseren van de bloedvoorziening van de hersenen om zo verdere vasculaire schade te voorkomen, bij gedrags en psychiatrische symptomen kan antipsychotica worden voorgeschreven. |
|
|
Term
| Wat zijn niet-farmacologische behandelingen? |
|
Definition
| Aandacht voor de aanpassingen die de patient en de omgeving moeten maken als gevolg van de chronische achteruitgang. |
|
|
Term
| Wat is het adaptie-coping model? |
|
Definition
| Droes, aandacht voor de aanpassingen die een patient moet maken en hoe hij daarmee omgaat. |
|
|
Term
|
Definition
| Gezonde maar bezorgde patiënt met geheugenklachten. |
|
|
Term
| Wat is de behandeling van worried well? (5 punten) |
|
Definition
| 1. 3-6 gesprekken 2. Beperken van de bevindingen van onderzoeken 3. Overstappen van een medische verklaring naar een psychologische verklaring 4. Bespreking van het model van instandhouding van alledaagse vergeetachtigheid 5. Informeren over geheugenstrategieën |
|
|
Term
| Wat zijn externe geheugenstrategieën? |
|
Definition
| Agenda, dagboek, planningsbord. |
|
|
Term
| Wat zijn Interne geheugenstrategieën? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat is de behandeling van MCI? (5 punten) |
|
Definition
| 1. Toelichten van de kansuitspraak , hoe groot is de kans op dementie 2. Ingaan op bezorgdheid 3. Voorkomen van geheugenfixatie, als je let op wat je niet meer weet lijkt je steeds minder te weten 4. Informatie van de omgeving 5. Mentale simulatie of geheugenstrategieën |
|
|
Term
| Hoe verloopt de behandeling van beginnende dementie? (5 punten) |
|
Definition
| 1. Begeleidingsgesprekken 2. Informatie over gemiddelde beloop van dementie 3. Informeren van de omgeving 4. Mentale stimulatie 5. Advies met betrekking tot geheugenstrategieën |
|
|