Term
| Welke seksuele stoornissen staan beschreven in de DSM? (3 punten) |
|
Definition
| 1. Seksuele disfuncties 2. Parafilieën 3. Stoornissen in de genderidentiteit |
|
|
Term
| Welke doeleinden kan seksueel gedrag hebben? (5 punten) |
|
Definition
| 1. Reproductie 2. Lust 3. Vitaliteit 4. Ontspanning 5. Machtuitoefening over de ander |
|
|
Term
| De seksuele responscyclus: |
|
Definition
| 1. Verlangen 2. Opwinding 3. Orgasme 4. Herstel |
|
|
Term
| Wat is spontaan seksueel verlangen? |
|
Definition
| Spontaan verlangen tijdens een vroege relatiefase. |
|
|
Term
| Wat is reactief seksueel verlangen? |
|
Definition
| Vanuit een neutrale uitgangssituatie in latere relatiefasen. |
|
|
Term
| Wat is een seksuele disfunctie? |
|
Definition
| Verstoring of remming van een of meer fasen van de seksuele responscyclus. |
|
|
Term
| Als er meerdere fasen verstoord zijn, waar wordt de nadruk dan opgelegd? |
|
Definition
| Bij disfunctioneren in meerdere fasen wordt de hoofddiagnose gesteld op grond van de sterkst ervaren lijdensdruk. |
|
|
Term
| Wat zijn verschillen qua tijdsverloop in disfuncties? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Primair / levenslang 2. Secundair / verworven |
|
|
Term
| Wat zijn verschillen qua situatie in disfuncties? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Contextgebonden 2. Globaal |
|
|
Term
| Wat zijn de meest voorkomende seksuele disfuncties bij mannen? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Premature ejaculatie 2. Erectiestoornis |
|
|
Term
| Wat zijn de meest voorkomende seksuele disfuncties bij vrouwen? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Seksuele aversie 2. Lubricatiestoornis 3. Orgasmestoornis 4. Dyspareunie |
|
|
Term
| Waardoor worden seksuele stoornissen veroorzaakt? (3 punten) |
|
Definition
| 1. Psychofysiologische responsiviteit 2. Psychologische subjectieve ervaring 3. Sociaal relationele factoren |
|
|
Term
| Wat is een seksuele mini-anamnese? |
|
Definition
| Omstandigheden in kaart brengen waarin het seksuele probleem zich voordoet, situaties waar wel een respons wordt ervaren. |
|
|
Term
| Waarom is aanvullend lichamelijk onderzoek nodig bij seksuele stoornissen? |
|
Definition
| Aanvullend lichamelijk onderzoek is altijd noodzakelijk bij seksuele pijnklachten. |
|
|
Term
| Waar gaan seksuele stoornissen vaak mee samen? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Depressie 2. Middelengerelateerde stoornissen |
|
|
Term
| Wat kan medicatie op seksueel gebied veroorzaken? |
|
Definition
| Medicatie kan interferen met de seksuele respons. |
|
|
Term
| Wat zijn proximale oorzaken? |
|
Definition
| Oorzaken die direct interfereren met de seksuele respons. |
|
|
Term
| Wat zijn distale oorzaken? |
|
Definition
| Achterliggende oorzaken die een verminderde of geremde seksuele respons opleveren. |
|
|
Term
| Waar wordt op gefocust tijdens de psychologische behandeling van seksuele stoornissen? |
|
Definition
| Het verbeteren van de verwerking van seksuele prikkels in situaties waarin het seksuele systeem wordt aangesproken. |
|
|
Term
| Wat zijn de meest toegepaste behandelingen bij seksuele stoornissen? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Sensate focus 2. Cognitieve gedragstherapie |
|
|
Term
|
Definition
| Stapsgewijs opgebouwd oefenprogramma dat is gericht op het verbeteren van het seksuele zelfbeeld en eigen competentieverwachtingen. |
|
|
Term
| Wanneer is het seksueel disfunctioneren een onderdeel van een affectieve stoornis? |
|
Definition
| Als er distale problemen zijn zoals depressie en angststoornissen. |
|
|
Term
| Moeten de distale oorzaken ook aangepakt worden of lossen die op als de seksuele stoornis is opgelost? |
|
Definition
| De distale oorzaken moeten ook aangepakt worden, anders lost het seksuele probleem zich niet op. |
|
|
Term
| Helpt medicatie met seksuele stoornissen? |
|
Definition
| Medicatie in combinatie met psychologische therapie lijkt nuttig, maar er moet nog meer onderzoek naar worden gedaan. |
|
|
Term
|
Definition
| Seksuele fantasieën over en seksueel opgewonden worden van contact met specifieke prikkels en situaties. |
|
|
Term
| Wanneer wordt iets als een parafilie gezien? |
|
Definition
| Pas als de opwinding en het gedrag intrinsiek pathologisch is wordt het als parafilie gezien. |
|
|
Term
| Welke soorten parafilieën zijn er? (8 punten) |
|
Definition
| 1. Exhibitionisme 2. Fetisjisme 3. Fetisjistisch transvestisme 4. Frotteurisme 5. Pedofilie 6. Seksueel masochisme 7. Seksueel sadisme 8. Voyeurisme |
|
|
Term
|
Definition
| Genitalieën tonen aan vreemden. |
|
|
Term
|
Definition
| Betrekking op niet-levende opbjecten. |
|
|
Term
| Wat is fetisjistisch transvestisme? |
|
Definition
| Hullen in kleding van het andere geslacht. |
|
|
Term
|
Definition
| Zonder instemming aanraken of wrijven van een ander. |
|
|
Term
|
Definition
| Handelingen met een kind in de prepuberteit (jonger dan 13 jaar). |
|
|
Term
| Wat is seksueel masochisme? |
|
Definition
| Vernederd en gepijnigd worden. |
|
|
Term
|
Definition
| Psychisch of lichamelijk leiden toebrengen. |
|
|
Term
|
Definition
| Stiekem anderen bekijken die uitkleden of seksueel actief zijn. |
|
|
Term
| Wat is bepalend voor de ernst van een parafilie? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Blijft het een fantasie of wordt er overgegaan tot handelen 2. Ervaren van aantrekkingskracht tot het parafiele object |
|
|
Term
| Hoe ontstaat een parafilie waarschijnlijk? |
|
Definition
| Parafilie ontstaat waarschijnlijk door klassieke conditionering waar sprake is van een toevallige koppeling tussen seksuele opwinding en een neutrale stimulus. |
|
|
Term
| Welke soorten behandelingen zijn er bij parafilie? (4 punten) |
|
Definition
| 1. Biomedische behandeling 2. Psychotherapeutische werkwijzen 3. Psychologische benaderingen 4. Medicamenteuze behandeling |
|
|
Term
| Wat is een biomedische behandeling? |
|
Definition
| Herstel van hormonale of neurofysiologische parameters |
|
|
Term
| Wat zijn psychotherapeutische werkwijzen? |
|
Definition
| Verandering in stabiele persoonskenmerken |
|
|
Term
| Wat zijn psychologische benaderingen? |
|
Definition
| Mechanismen die de parafilie in stand zouden houden |
|
|
Term
| War is een medicamenteuze behandeling? |
|
Definition
| Klassieke anti-androgenen en luteinizing hormone releasing hormone anatogonisten |
|
|
Term
| Hoe is de prognose voor een parafilie? |
|
Definition
| De prognose van een parafilie is ongunstig. |
|
|
Term
| Welke technieken werden vroeger bij parafilie toegepast? (2 punten) |
|
Definition
| 1. Aversietherapie 2. Herconditioneringstechnieken |
|
|
Term
|
Definition
| Langdurige gedachte en gevoel dat de genderidentiteit niet klopt met het biologische geslacht. |
|
|
Term
| Wat is een genderidentiteitsstoornis? |
|
Definition
| Wanneer genderdysforie langdurig aanhoud. |
|
|
Term
| Wat is transseksualiteit? |
|
Definition
| Meest vergaande vorm van genderidentiteitsstoornis die gepaard gaat met de wens tot geslachtsverandering. |
|
|
Term
|
Definition
| Permanent en volledig willen leven in de genderrol van het andere geslacht, maar zonder de behoefte tot geslachtsverandering. |
|
|
Term
| Bij hoeveel procent van de jongeren met genderdysforie verdwijnt dit op latere leeftijd? |
|
Definition
|
|
Term
| Hoeveel procent van de jongeren met een genderidentiteitsstoornis is op volwassen leeftijd homoseksueel? |
|
Definition
|
|
Term
| Komt late onset problematiek vooral bij vrouwen of mannen voor? |
|
Definition
|
|
Term
| Waar gaat early onset genderdysforie mee gepaard? |
|
Definition
| Met een seksuele voorkeur in de volwassenheid voor een individu van hetzelfde biologische geslacht. |
|
|
Term
| Welke soort therapie is effectief bij genderdysforie? |
|
Definition
| Mediatietherapie via ouders en peers van genderfysdore jongens lijkt effectief. |
|
|
Term
| Wat is het del van mediatietherapie? |
|
Definition
| Uit te vinden of iemand echt genderdysfore is of dat er sprake is van een homoseksuele orientatie en dit proces versneld laten verlopen. |
|
|