Term
| Wat voor een hulpvraag analyseert de diagnosticus? |
|
Definition
| De diagnosticus analyseert zowel de hulpvraag van de cliënt als de aanvraag van de verwijzer. |
|
|
Term
| Wat vormt de basis voor het onderzoek van de diagnosticus? |
|
Definition
| De vragen van verwijzer en cliënt vormen de basis , maar de diagnosticus kan zelf ook vragen toevoegen. |
|
|
Term
| Wat zijn de handelingen van het onderbouwen van een theorie? (5 punten) |
|
Definition
| 1. voorlopige theorie omzetten in hypothesen 2. specifiek onderzoeksinstrumentarium kiezen 3. voorspelling doen over de resultaten 4. afname van instrumenten 5. aanvaarden of verwerpen van hypothesen |
|
|
Term
| Welke soorten basisvragen zijn er? (5 punten) |
|
Definition
| 1. onderkenning 2. verklaring 3. predictie 4. indicatie 5. evaluatie |
|
|
Term
| Wat wordt bevraagd bij onderkenning? |
|
Definition
|
|
Term
| Wat wordt bevraagd bij verklaring? |
|
Definition
| Waarom is het probleem er? |
|
|
Term
| Wat wordt bevraagd bij predictie? |
|
Definition
| Hoe gaat het probleem zich ontwikkelen? |
|
|
Term
| Wat wordt bevraagd bij indicatie? |
|
Definition
| Hoe kan het probleem verholpen worden? |
|
|
Term
| Wat wordt bevraagd bij evaluatie? |
|
Definition
| Is het probleem afdoende opgelost? |
|
|
Term
| Waaruit bestaat het diagnostisch proces? (12 punten) |
|
Definition
| 1. Aanmelding 2. aanvraag, aanvraaganalyse, dossierstudie 3. hulpvraag, hulpvraaganalyse, exploratie van problemen 4. reflectie van de diagnosticus 5. diagnostisch scenario (indelen van grondvragen en formuleren van theorie) 6. hypothesen kiezen 7. keuze instrumentarium 8. toetsbare voorspellingen 9. afname en verwerking 10. argumentatie 11. integratie 12. rapportering |
|
|
Term
| Waar bestaat de onderkenning uit? (3 punten) |
|
Definition
| 1. inventarisatie en beschrijving 2. ordening en categorisatie 3. inschatting van ernst |
|
|
Term
| Wat onderscheiden Van Yperen en Hirs? (2 punten) |
|
Definition
| 1. classificatie (vergelijking met norm) 2. diagnostische formulering (intra-individuele vergelijking) |
|
|
Term
| Wat is het principe achter classificatie? |
|
Definition
| Classificatie werkt volgens het alles of niets principe. |
|
|
Term
| Waar heeft een diagnostische formulering oog voor? |
|
Definition
| Diagnostische formulering heeft oog voor het unieke klinische beeld. |
|
|
Term
| Wat is een voorbeeld van een middel om mee te classificeren? |
|
Definition
| Voorbeeld van classificeren is DSM. |
|
|
Term
| Wat is een voorbeeld van een diagnostische formulering? |
|
Definition
| Voorbeeld van diagnostische formulering is de holistische theorie. |
|
|
Term
| Wat is een nadeel en wat is een voordeel van classificeren? |
|
Definition
| Classificatie leidt tot labeling, maar wordt voor duidelijke communicatie tussen professionals. |
|
|
Term
| Wat is het voordeel en wat is het nadeel van een diagnostische formulering? |
|
Definition
| Diagnostische formulering doet recht aan de uniciteit van de cliënt, maar empirische ondersteuning ontbreekt vaak. |
|
|
Term
| Waar bestaat een verklaring uit? (3 punten) |
|
Definition
| 1. (deel)probleem 2. condities die het optreden verklaren 3. de relatie tussen 1 en 2 in termen van omdat of doordat |
|
|
Term
| Waar kunnen verklaringen op worden ingedeeld? (4 punten) |
|
Definition
| 1. locus (persoon of situatie) 2. aard van controle (intentioneel keuze?) 3. synchrone en diachrone verklaringscondities 4. inducerende of continuerende condities |
|
|
Term
| Welke principes bevat een strategie? (4 punten) |
|
Definition
| 1. cliënt perspectief wordt geexploreerd en geexpliciteerd 2. diagnosticus verstrekt informatie over werkwijze 3. verwachtingen en voorkeuren van de cliënt worden vergeleken met het aanbod 4. Cliënt kiest een behandeling |
|
|
Term
| Op basis van wat vind evaluatie plaats? |
|
Definition
| Evaluatie vindt plaats op basis van het verloop van het therapeutisch proces en de resultaten van de behandeling. |
|
|
Term
| Waar worden naar gekeken bij de evaluatie? (2 punten) |
|
Definition
| 1. is in de therapie rekening gehouden met de diagnose 2. het proces en behandeling verandering in het leven hebben veroorzaakt |
|
|
Term
| Op welke manieren kan evaluatie? (2 punten) |
|
Definition
| 1. vaststellen of de klachten afnemen 2. single case design |
|
|
Term
| Wat is de diagnostische cyclus? (5 punten) |
|
Definition
| 1. observatie en verzamelen van gegevens 2. inductie, formulering van hypothesen 3. deductie, toetsbare voorspellingen 4. toetsing 5. evaluatie |
|
|
Term
| Waar leidt de analyse van de aanvraag toe? (3 punten) |
|
Definition
| 1. informatie over de verwijzer 2. kennis over type en inhoud van de aanvraag 3. wat weet de verwijzer al over de cliënt |
|
|
Term
| Wat valt er onder de informatie over de verwijzer? (3 punten) |
|
Definition
| 1. referentiekader 2. kennis over de relatie tussen verwijzer en diagnosticus 3. feitelijke en eigenlijke verwijzer en bevoegdheden van verwijzer |
|
|
Term
| Wat valt er onder de kennis over type en inhoud van de aanvraag? (3 punten) |
|
Definition
| 1. open of gesloten vraag 2. setting 3. de vijf basisvragen |
|
|
Term
| Wat valt er onder wat weet de verwijzer al over de cliënt? (2 punten) |
|
Definition
| 1. informatie over functioneren 2. stemt de cliënt met het onderzoek in |
|
|
Term
| Wat verloopt de analyse van de hulpvraag? (5 punten) |
|
Definition
| 1. houding van cliënt tegenover het onderzoek 2. inhoud van het probleem bepalen 3. hulpvragen indelen volgens de vijf basisvragen 4. ontstaan en ontwikkelen van de klachten 5. wie kan het beste helpen |
|
|
Term
| Wat volgt er na de aanmelding? |
|
Definition
| Na de analyse van de aanmelding volgt een reflectiefase. |
|
|
Term
| Wat doet de diagnosticus in het diagnostisch scenario? |
|
Definition
| In het diagnostisch scenario ordent de diagnosticus alle vragen van de aanvrager, cliënt en zichzelf uit de aanmeldingsfase. |
|
|
Term
| Wat gebeurt er in het diagnostisch onderzoek? |
|
Definition
| In het diagnostisch onderzoek komt onderkenning voor verklaring en verklaring voor predictie en indicatie. |
|
|
Term
| Waar worden hypothesen op gevormd? |
|
Definition
| Hypothesen worden gevormd op grond van het diagnostisch scenario. |
|
|
Term
| Hoe moeten hypothesen worden geformuleerd? |
|
Definition
| Hypothesen worden zo geformuleerd dat de relatie tussen de hypothesen duidelijk is. |
|
|
Term
| Wat voor een soort hypothese is het meest informatief? |
|
Definition
| Onafhankelijke hypothesen zijn het meest informatief. |
|
|
Term
| Waar gaat een hypothese over een onderkenningsvraag over? |
|
Definition
| Hypothese van de onderkenningsvraag gaan over de aanwezigheid van psychopathologie. |
|
|
Term
| Waar gaat een hypothese over een verklaringsvraag over? |
|
Definition
| Hypothesen van de verklaringsvraag vereisen een lijst met verklaringsfactoren en hun inducerende of continuerende rol. |
|
|
Term
| Waarop steunen predictieve hypothesen? |
|
Definition
| Predictieve hypothesen steunen op empirische kennis over succesvolle predictoren uit verschillende referentiekaders. |
|
|
Term
| Waar zijn hypothesen uit opgebouwd? (6 punten) |
|
Definition
| 1. onderkenning 2. verklaring 3. predicitie 4. hoe formuleert de cliënt het probleem 5. welke hulp wordt er verwacht 6. wat wil de cliënt bereiken |
|
|
Term
| Wat helpt een onderkenningsvraag te beantwoorden? |
|
Definition
| Voor het beantwoorden van de onderkenningsvraag beschikt de diagnosticus over instrumenten, daarnaast helpen observaties, anamnetische informatie en gegevens van informanten. |
|
|
Term
| Waarmee wordt het toetsen van een verklaringsvraag vergeleken? |
|
Definition
| Het toetsen van de verklaringsvraag gebeurt in de klinische praktijk minder streng dan in experimenteel onderzoek. |
|
|
Term
| Onderzoeksmiddelen voor de verklaringsvraag zijn instrumenten die zich richten op de verklaringsfactoren; zoals? (6 punten) |
|
Definition
| 1. Intelligentie 2. Cognitieve vaardigheden 3. Gezinsfunctioneren 4. Situatiekenmerken 5. Temperamenteigenschappen 6. Structurele kenmerken |
|
|
Term
| Waarmee kan een predictievraag beantwoordt worden? |
|
Definition
| Een predictievraag kan beantwoordt worden met instrumenten die een substantiële predictieve validiteit bezitten. |
|
|
Term
| Waarmee kan een indicatievraag beantwoordt worden? |
|
Definition
| Indicatievragen kunnen beantwoordt worden met een hulpvragenlijst. |
|
|
Term
| Wat moet je doen zodra de onderzoeksmiddelen zijn gekozen? |
|
Definition
| Nadat de onderzoeksmiddelen gekozen zijn moet bepaald worden wat de criteria zijn waar tegen getoetst wordt. |
|
|
Term
| Wat voor een informatie levert afname en scoring op? |
|
Definition
| Afname en scoring leveren kwalitatieve en kwantitatieve informatie op. |
|
|
Term
| Hoe dienen testuitslagen geinterpreteerd te worden? |
|
Definition
| Testuitslagen worden geïnterpreteerd door middel van normtabellen. |
|
|
Term
| Waarom moet je alle informatie uit een test analyseren ook al is dat niet van belang voor je hypothesen? |
|
Definition
| Het is belangrijk alle informatie te analyseren die uit een test komt, want soms levert dat nieuwe inzichten op en moeten hypotheses toegevoegd worden. |
|
|
Term
| Wat moet de diagnosticus aan elk instrument geven? |
|
Definition
| De diagnosticus moet een gewicht geven aan elk instrument op basis van kwaliteit. |
|
|
Term
| Wat gebeurt er als de resultaten overeenstemmen met de hypothese? |
|
Definition
| Als de resulaten overeenstemmen met de hypothese wordt deze niet verworpen. |
|
|
Term
| Wat gebeurt er als de resultaten niet duidelijk een richting aangeven? |
|
Definition
| Als de resultaten niet zo duidelijk een bepaalde richting aangeven wordt de hypothese aangehouden. |
|
|
Term
| Wat gebeurt er als de resultaten de hypothese tegenspreken? |
|
Definition
| Als de resultaten duidelijk tegenspreken wordt de hypothese verworpen. |
|
|
Term
| Wat te doen met alle informatie uit de onderzoeksinstrumenten? |
|
Definition
| Als alle informatie uit de onderzoeksinstrumenten is gehaald maakt de diagnosticus hier een samenvatting van. |
|
|
Term
| Hoe is het verslag van het diagnostisch onderzoek opgebouwd? |
|
Definition
| Het verslag bevat de resultaten van het diagnostisch onderzoek opgebouwd volgens de diagnostische cyclus. |
|
|