Term
|
Definition
| Studie naar frequentie van ziekte binnen een bepaalde populatie en de factoren(omgeving en sociaal) die daarmee te maken hebben |
|
|
Term
|
Definition
| Identificeerbare gevallen van een bepaalde ziekte. |
|
|
Term
|
Definition
| Gebeurtenis of situatie die stress veroorzaken |
|
|
Term
|
Definition
| Lichamelijke of psychische respons op een uitdaging of bedreigende situatie |
|
|
Term
|
Definition
| Psychologische stress die negatieve gevolgen heeft(bijv. trauma) |
|
|
Term
|
Definition
| Psychologische stress die positieve gevolgen heeft.(stress leidt tot groei) |
|
|
Term
| Traumatische gebeurtenissen |
|
Definition
| situatie die iemands geestelijke of lichamelijke veiligheid bedreigd. Daardoor angst, afschuw, hulploosheid |
|
|
Term
|
Definition
| Enorme ramp(door mensen of natuur) die een trauma veroorzaakt |
|
|
Term
|
Definition
| Geweld of dreiging, doel om de maatschappij te ontwrichten door angst en gevaar te verspreiden. |
|
|
Term
| Psychologische reactie op rampen(5 stappen) |
|
Definition
1. Psychische gevoelloosheid(onmiddelijk na gebeurtenis, shock, verwardheid) 2. Handelen op de automatische piloot(Weinig bewust van ervaringen, details moeilijk herinneren) 3. Gezamelijke inspanning bundelen(werken samen, trots op wat ze bereikt hebben) 4. Inzinking: Uitgeput, emotionele gevolgen dringen door. Belangstelling publiek en media neemt af. 5. Herstel(langzaam schikken in de veranderingen door de ramp) |
|
|
Term
| Secundaire traumatisering |
|
Definition
| Stress door blootstelling aan traumatische beelden of verhalen(hierdoor meer met de oorzaak bezig houden) |
|
|
Term
|
Definition
| Emotionele reactie op verlies. Bestaat uit woede, verdriet, machteloosheid, schuldgevoel en wanhoop. |
|
|
Term
|
Definition
| Laatste fase van rouw, waarbij het verlies zelf wordt opgenomen. |
|
|
Term
|
Definition
| Emotie bij een verlies die niet door anderen word ondersteund, gedeeld of begrepen. |
|
|
Term
| Posttraumatische stressstoornis(PTTS) |
|
Definition
| Individu beleefd opnieuw psychische en fysieke responsen die met het trauma gepaard gingen. |
|
|
Term
|
Definition
- Duidelijke traumatische gebeurtenis - Ervaart herbeleving - Verhoogde prikkelbaarheid(slaapproblemen, opschrikken) - Beperkingen in persoonlijk of professioneel leven. - Probleem is langer dan een maand aanwezig |
|
|
Term
|
Definition
| Toestand van langdurige, stressvolle arousal. |
|
|
Term
| Maatschappelijke stressoren |
|
Definition
| Omstandigheid die stress veroorzaakt door sociale, culturele of economische omgeving(problemen thuis, werkloosheid, rascisme) |
|
|
Term
|
Definition
| Syndroom van emotionele uitputting. Depersonalisatie en verminderde prestaties, houdt vaak verband met werk. |
|
|
Term
|
Definition
| Gevoel als werknemer onderdeel te zijn van een betekenisvolle werkomgeving, werk wordt gewaardeerd en evenredig beloond. (tegenovergestelde van Burn-out) |
|
|
Term
|
Definition
BElangrijke gebeurtenissen in het leven. Kunnen positief en negatief zijn. - Bij positieve erkennen we vaak het stressniveau niet. - Hoe groter de levensverandering, hoe groter het stressniveau. |
|
|
Term
| Social readjustment scale(SRRS) |
|
Definition
| 43 levensgebeurtenissen in vermeld. Life changing units(elke gebeurtenis heeft dit, ervaren units optellen) |
|
|
Term
|
Definition
| Situatie die kleine irritatie of frustratie veroorzaakt. Gevolgen kunnen zich opstapelen, vooral als ergernissen vaker voorkomen en je persoonlijk raken |
|
|
Term
|
Definition
| Interne procesen die het lichaam voorbereiden op een gevecht of vluchten. Word in stand gezet wanneer een situatie als bedreigend geïnterpreteerd word. |
|
|
Term
| Nadeel chronische stressor |
|
Definition
| Constant fysiologisch op je hoede voor bedreiging, hierdoor raakt natuurlijke afweer beschadigd. |
|
|
Term
| Algemeen aanpassingsyndroom |
|
Definition
Hans Selye, Alarm, weerstand, uitputting |
|
|
Term
|
Definition
| Werken in op hersenen, hierdoor minder goed in staat om neuronen te genereren. |
|
|
Term
|
Definition
| Stresshormoon, bij vrouwen veroorzaakt het, hechtingzoekend gedrag. Hoge concentratie hiervan gaat gepaard met toename van kalmte en afname van angst. |
|
|
Term
|
Definition
| Verminderde werking van immuunsysteem door onderdrukking |
|
|
Term
|
Definition
| Vakgebied voor de invloed van psychische toestand op afweerstelsel wordt onderzocht |
|
|
Term
| Model van relatie tussen stress en ziekten |
|
Definition
Stressor - Stress - Ziekte Moderatoren Coping |
|
|
Term
| Moderatoren(Model van de relatie tussen stres en ziekten) |
|
Definition
Persoonlijkheidseigenschappen die de invloed van stessoren op individuele stress verminderd. 1. Persoonlijkheidstype A/B 2. Locus of control 3. Optimisme 4. Weerbaarheid 5. Veerkracht |
|
|
Term
|
Definition
Aangeleerde vaardigheden, invloed van beleefde stress op lichamelijke en geestelijke gezondheid. 1. Probleemgerichte en emotiegerichte 2. Cognitieve herstructuering 3. Sociale vergelijkingen 4. Positieve emoties 5. Betekenis vinden |
|
|
Term
|
Definition
Relatief stabiel, mate waarin iemand verwacht uitkomsten in eigen leven te kunnen beïnvloeden. - Interne locus of control: Veel invloed denken te hebben. - Externe locus of control: Weinig invloed denken te hebben. |
|
|
Term
|
Definition
| Geleerd negatieve gebeurtenissen toe te schrijven aan eigen gebreken of externe omstandigheden waarover hij geen controle denkt te hebben |
|
|
Term
|
Definition
| Oordeel over het leven, weerstand tegen stress, gebaseerd op een gevoel van toewijding en controle. |
|
|
Term
|
Definition
| Houding waarbij stressoren worden geïnterpreteerd als specifiek, situationeel en tijdelijk. |
|
|
Term
|
Definition
| Optimistische denkstijl kan volgens hem worden aangeleerd. Door op een bepaalde manier tegen jezelf te praten wanneer je depressief bent. |
|
|
Term
| 2 groepen gedrag voor stressmanagement |
|
Definition
- Afweer: Reduceren van symptomen van stress of verminderen van bewustzijn. PRobleem gaat niet weg door afleiding te zoeken. - Coping: Actie ondernemen om oorzaken van stress te verminderen of weg te nemen. Stress onder ogen zien, stressor identificeren en manier ontwikkelen om probleem op te lossen of schade te beperken. |
|
|
Term
| Cognitieve herstructuering |
|
Definition
| Cognitief herbeoordelen van stressoren om dit vanuit een minder stressvol perspectief te bekijken. |
|
|
Term
| 3 voordelen van sociale steun: |
|
Definition
-Emotionele steun: Vrienden die je vertrouwt, waar je in moeilijke tijden op kunt rekenen. - Instrumentele steun: specifieke taakgerichte hulp. Helpen met schoonmaken bij iemand, iemand naar het ziekenhuis brengen. - Informationele steun: Iemand helpen een beter inzicht te krijgen in de aard van de stressor. |
|
|
Term
|
Definition
| Vorm van aandachtstraining, maar met selectieve voorkeur voor positieve ervaring. |
|
|
Term
| Gevolgen van slechte voeding |
|
Definition
- Veel verzadigd vet(risico op hartaandoeningen en kanker verhoogd) - Tekort aan kalium: Lusteloosheid en uitputting. - Zout: Verhoogde kans op hoge bloeddruk. |
|
|
Term
| Subjectief welbevinden, 3 componenten |
|
Definition
manier waarop een individu haar leven beoordeeld. - Tevredenheid met eigen leven. - Relatief veel positieve emoties - Relatief weinig negatieve emoties. |
|
|
Term
|
Definition
- Stressoren die schade berokkenen: schade die al heeft plaatsgevonden. - Stressoren die een bedreiging vormen: BEdreiging is de verwachting van toekomstige schade. - Stresoren die een uitdaging vormen: Kansen voor persoonlijke groei of problemen waar de betrokkene het vertrouwen heeft dat hij ermee om kan gaan. |
|
|
Term
|
Definition
| Beoordeling van de hulpmiddelen en het vermogen om met de stressor om te gaan. |
|
|
Term
|
Definition
| Overdenken van de kwaliteit en de aard van de stimulus |
|
|
Term
|
Definition
| Stress is het gevolg van interactie tussen iemands eigenschappen en beoordelingen. |
|
|
Term
|
Definition
- Interne/externe verantwoordelijkheid: Verantwoordelijkheid voor de gebeurtenis. - Vermogen tot probleemgerichte coping: Mate waarin de situatie als veranderbaar word beleefd. (niet als veranderbaar levert stress op) - Vermogen tot emotiegerichte coping: Vermeende vermogen om emotioneel gezien met de situatie om te gaan. - Toekomstige verwachting met betrekking tot verandering van de situatie: Situatie in de toekomst veranderbaar, niet zo droefheid. |
|
|
Term
|
Definition
- Vicieus, weinig onderzoek naar de aard van interactie tussen primaire en secundaire beoordelingen. - Nog onduidelijk of primaire en secundaire beoordeling allebei belangrijk zijn. |
|
|
Term
| Kenmerken stressvolle gebeurtenissen |
|
Definition
- Onverwacht moment - Onvoorspelbare gebeurtenissen - Onduidelijke gebeurtenissen - Ongewenste gebeurtenis - Gebeurtenis waar je geen controle over hebt - Grote levensveranderingen |
|
|
Term
| Hart- en vaatziekten ontstaan door |
|
Definition
1. Familiegeschiedenis 2. Levenswijze(roken, ongezond eten) |
|
|
Term
| Ontstaan hart- en vaatziekten |
|
Definition
| geleidelijke vernauwing van bloedvaten rond het hart. |
|
|
Term
|
Definition
activering sympatisch zenuwstelsel leidt tot toename van hartminuutvolume, vernauwing bloedvaten, doorstroming neemt af, bloeddruk neemt toe. - Slagaderwanden kunnen beschadigd worden, door stress meer afgifte noradrenaline en adrenaline. |
|
|
Term
| Gevolg langere tijd bloeddruk verhoogd |
|
Definition
| hypertensie(hoge bloeddruk) ontwikkelen, draagt bij aan het ontstaan van hart en vaatziekten. |
|
|
Term
|
Definition
| Afgifte van vetzuren aan het bloed door sympatische zenuwstelsel bevorderd. Vetzuren die niet worden gebruikt voor het vrijmaken van energie. Word in de lever omgezet in cholesterol. |
|
|
Term
|
Definition
| Dichtslibben van slagaders atheroom(afzetting vette plaques op slagaderwanden) belangrijk bij hartaandoeningen. |
|
|
Term
|
Definition
- Afgeven catecholaminen - Bloedplaatjes worden plakkeriger. - Vergroot risico op trombose(stolsel) Bloedplaatjes kunnen gemakkelijker blijven kleven, doorgang vernauwd. |
|
|
Term
|
Definition
Veel verschillende soorten kanker(stress beïnvloed ze verschillend) Niet zeker of stress enig effect heeft op kanker. |
|
|
Term
|
Definition
| mutatie van tumorcellen door proces van celreparatie word vertraagd. Door effecten op hormonale activering of invloeden productie lymfocyten op immuunsysteem. |
|
|
Term
| Stress en darmaandoeningen |
|
Definition
- Prikkelbaredarmsyndroom: Stress is niet de oorzaak, wel verergerende factor. Aandoening in lagere delen van de dikke darm. - Buikpijn, langdurige periode van diarree, zonder dat er een ziekte is vastgesteld. - Infammatoire darmziekte(IBD): Onderverdeeld in ziekte van Crohn(overal in spijsverteringskanaal) en Colitis Ulcerosa. (ontstekingen in onderste deel van dikke darm) |
|
|
Term
| 5 belangrijkste functies van coping(Cohen en Lazarus) |
|
Definition
- Effect van schadelijke, externe omstandigheden verminderen. - Tolereren en aanpassen aan negatieve gebeurtenissen - Behouden positief zelfbeeld - Behouden emotioneel evenwicht - Behouden bevredigende relatie met omgeving en anderen. |
|
|
Term
|
Definition
Psychologische vorm van coping. Geeft realistisch, optimisme en vastberadenheid. - Veel vechtlust, eerder geneigd ziekte te verslaan. |
|
|
Term
| Kiezen voor copingstrategie(2 manieren) |
|
Definition
Eerdere ervaringen met copingstrategie Verwachte effecten |
|
|
Term
|
Definition
| Aanpassen aan de gebeurtenis zodat de gebeurtenis minder psychisch leiden veroorzaakt. |
|
|