Shared Flashcard Set

Details

Dutch (Hugo) 4
Vocabulary and sentences from Hugo's complete course
73
Language - Other
Undergraduate 1
01/11/2017

Additional Language - Other Flashcards

 


 

Cards

Term
to have
Definition
hebben
Term
I have
Definition
ik heb
Term
he has
Definition
hij heeft
Term
you have
Definition
U heeft
Term
we have
Definition
wij hebben
Term
they have
Definition
zij hebben
Term

I have

he has

Definition

ik heb

hij heeft

Term

we have

you have

Definition

wij hebben

U heeft

Term
she has
Definition
zij heeft
Term
I haven't got
Definition
ik heb niet
Term
has he?
Definition
heeft hij
Term
hasn't she?
Definition
heeft zij niet?
Term
we haven't
Definition
wij hebben niet
Term
haven't you?
Definition
heeft U niet?
Term
they haven't
Definition
zij hebben niet
Term
has your friend?
Definition
heeft uw vriend?
Term
my brother hasn't
Definition
mijn broer heeft niet
Term
I had
Definition
ik had
Term
he had
Definition
hij had
Term
you had
Definition
U had
Term
we had
Definition
wij hadden
Term
they had
Definition
zij hadden
Term
she hadn't
Definition
zij had niet
Term
hadn't you?
Definition
had U niet?
Term
the money
Definition
het geld
Term
time
Definition
(de) tijd
Term
not any, no
Definition
geen
Term
Have you got the money?
Definition
Heeft U het geld?
Term
I have no money.
Definition
Ik heb geen geld.
Term
The man had no time.
Definition
De man had geen tijd.
Term
Didn't they have any friends?
Definition
Hadden zij geen vrienden?
Term
We have your letters.
Definition
Wij hebben uw brieven.
Term
Does she have our books?
Definition
Heeft zij onze boeken?
Term

the bag

the bags

Definition

 

de tas

de tassen

Term

the parcel

the parcels

Definition

het pakje

de pakjes

Term

the price

the prices

Definition

de prijs

de prijzen

Term

the shop

the shops

Definition

de winkel

de winkels

Term

a bag

my bag

Definition

een tas

mijn tas

Term

his parcel

our parcels

Definition

zijn pakje

onze pakjes

Term

the shop

no shops

Definition

de winkel

geen winkels

Term
What is the price?
Definition
Wat is de prijs?
Term
Here's the shop.
Definition
Hier is de winkel.
Term
The boy's got their parcels.
Definition
De jongen heef hun pakjes.
Term
My friend has no time.
Definition
Mijn vriend heeft geen tijd.
Term
Didn't you have any money?
Definition
Had U geen geld?
Term
They had two rooms.
Definition
Zij hadden twee kamers.
Term
all, everything
Definition
alles
Term
Is that all?
Definition
Is dat alles?
Term

all that I have

(everything I've got)

Definition
alles wat ik heb
Term
all (beforethe, etc.)
Definition
al
Term
all the books
Definition
al de boeken
Term
all my money
Definition
al mijn geld
Term
Do you have all the parcels?
Definition
Heeft U al de pakjes?
Term
I've got everything.
Definition
Ik heb alles.
Term
Are all the boys here.
Definition
Zijn al de jongens hier?
Term
That's all he's got.
Definition
Dat is alles wat hij heeft.
Term
I've got all the money.
Definition
Ik heb al het geld.
Term
The shop is in that street.
Definition
De winkel is in die straat.
Term
All our friends are here.
Definition
Al onze vrienden zijn hier.
Term
Have you got enough money?
Definition
Heeft U geld genoeg?
Term
enough
Definition
genoeg
Term
I haven't got any money.
Definition
Ik heb geen geld.
Term
What's the price of that bag?
Definition
Wat is de prijs van die tas?
Term
of
Definition
van
Term
Isn't that too expensive?
Definition
Is dat niet te duur?
Term
That's too much money.
Definition
Dat is te veel geld.
Term
a lot, much
Definition
veel
Term
Everything is too dear.
Definition
Alles is te duur.
Term
Were those three letters for you?
Definition
Waren die drie brieven voor U?
Term
for
Definition
voor
Term
All the letters were for my wife.
Definition
Al de brieven waren voor mijn vrouw.
Term
What have you got in that parcel?
Definition
Wat heeft U in dat pakje?
Term
He was in the room.
Definition
Hij was in de kamer.
Supporting users have an ad free experience!