Shared Flashcard Set

Details

Dutch (Hugo) 1
Vocabulary and sentences from Hugo's complete course
70
Language - Dutch
Undergraduate 1
01/10/2017
Click here to study/print these flashcards.

Create your own flash cards! Sign up here.

Additional Language - Dutch Flashcards

 

 

Cards

Term
the
 Definition

de (sing.)

het (sing.)

de (plurtal)

 
Term
this
 Definition

deze (sing.)

dit (sing.)

deze (pl.)
Term
that
 Definition

die (sing.)

dat (sing.)

die (pl.)
Term
the book
 Definition
het boek
Term
the books
 Definition
de boeken
Term
the chair
 Definition
de stoel
Term
the chairs
 Definition
de stoelen
Term
the door
 Definition
de deur
Term
the doors
 Definition
de deuren
Term
the hat
 Definition
de hoed
Term
the hats
 Definition
de hoeden
Term
this book
 Definition
dit boek
Term
that book
 Definition
dat boek
Term
this hat
 Definition
deze hoed
Term
that hat
 Definition
die hoed
Term
this chair
 Definition
deze stoel
Term
those chairs
 Definition
die stoelen
Term
the door
 Definition
de deur
Term
the doors
 Definition
de deuren
Term
the book
 Definition
het boek
Term
the books
 Definition
de boeken
Term
the hat
 Definition
de hoed
Term
the hats
 Definition
de hoedn
Term
where is?
 Definition
waar is?
Term
here is
 Definition
hier is
Term
there is
 Definition
daar is
Term
the address
 Definition
het adres
Term
the hotel
 Definition
het hotel
Term
Where is the address?
 Definition
Waar is het adres?
Term
Here is the hotel.
 Definition
Hier is het hotel
Term
There is the chair.
 Definition
Daar is de stoel.
Term
Where is the hat?
 Definition
Waar is de hoed?
Term
Here is the book.
 Definition
Hier is het boek.
Term
There is the door.
 Definition

 

Daar is de deur.
Term
Where is that chair?
 Definition
War is die stoel?
Term
these hats
 Definition
deze hoeden
Term
those books
 Definition
die boeken
Term
where are?
 Definition
waar zijn
Term
here are
 Definition
hier zijn
Term
there are
 Definition
daar zijn
Term

the friend

the friends

 Definition

de vriend

de vrienden
Term

the gentleman

the gentlemen

 Definition

de heer

de heren
Term

the house

the houses

 Definition

het huis

de huizen
Term

the letter

the letters

 Definition

de brief

de brieven
Term

the name

the names

 Definition

de naam

de namen
Term

the street

the streets

 Definition

de straat

de straten
Term
the house
 Definition
het huis
Term
the houses
 Definition
de huizen
Term
the friend
 Definition
de vriend
Term
the friends
 Definition
de vrienden
Term
this address
 Definition
dit adres
Term
that hotel
 Definition
dat hotel
Term
these houses
 Definition
deze huizen
Term
those streets
 Definition
di straten
Term
Where is the book?
 Definition
Waar is het boek?
Term
The book is here.
 Definition
Het boek is hier/
Term
Are the books there?
 Definition
Zijn de boeken daar?
Term
Where is the house?
 Definition
Waar is het huis
Term
The house is there.
 Definition
Het huis is daar.
Term
Is this the house?
 Definition
Is dit het huis?
Term
Here is the door.
 Definition
Hier is de deur.
Term
Who is at the door?
 Definition
Wie is aan de deur?
Term
at
 Definition

aan

 
Term
the man
 Definition
de man
Term
The man is at the door.
 Definition
De man is aan de deur.
Term
Where is the strret?
 Definition
Waar is de straat?
Term
Good morning.
 Definition
Goeden morgen.
Term
Good evening.
 Definition
Goeden avond.
Term
Good night
 Definition
Goede nacht
Term
Good dayor goodbye
 Definition
Goeden dag.
Supporting users have an ad free experience!