Shared Flashcard Set

Details

Dutch verb for progress
in various tenses
49
Language - Dutch
12th Grade
08/20/2008

Additional Language - Dutch Flashcards

 


 

Cards

Term
ik vorder
Definition
I progress(indicative present)
Term
jij vordert
Definition
you(singular) progress(indicative present)
Term
hij vordert
Definition
he progresses(indicative present)
Term
wij vorderen
Definition
we progress(indicative present)
Term
jullie vorderen
Definition
you(plural) progress(indicative present)
Term
zij vorderen
Definition
they progress(indicative present)
Term
ik vorderde
Definition
I progressed(indicative past)
Term
jij vorderde
Definition
you(singular) progressed(indicative past)
Term
hij vorderde
Definition
he progressed(indicative past)
Term
wij vorderden
Definition
we progressed(indicative past)
Term
jullie vorderden
Definition
you(plural) progressed(indicative past)
Term
zij vorderden
Definition
they progressed(indicative past)
Term
ik heb gevorderd
Definition
I have progressed(indicative present perfect)
Term
jij hebt gevorderd
Definition
you(singular) have progressed(indicative present perfect)
Term
hij heeft gevorderd
Definition
he has progressed(indicative present perfect)
Term
wij hebben gevorderd
Definition
we have progressed(indicative present perfect)
Term
jullie hebben gevorderd
Definition
you(plural) have progressed(indicative present perfect)
Term
zij hebben gevorderd
Definition
they have progressed(indicative present perfect)
Term
ik had gevorderd
Definition
I had progressed(indicative past perfect)
Term
jij had gevorderd
Definition
you(singular) had progressed(indicative past perfect)
Term
hij had gevorderd
Definition
he had progressed(indicative past perfect)
Term
wij hadden gevorderd
Definition
we had progressed(indicative past perfect)
Term
jullie hadden gevorderd
Definition
you(plural) had progressed(indicative past perfect)
Term
zij hadden gevorderd
Definition
they had progressed(indicative past perfect)
Term
ik zal vorderen
Definition
I will progress(indicative future)
Term
jij zult vorderen
Definition
you(singular) will progress(indicative future)
Term
hij zal vorderen
Definition
he will progress(indicative future)
Term
wij zullen vorderen
Definition
we will progress(indicative future)
Term
jullie zullen vorderen
Definition
you(plural) will progress(indicative future)
Term
zij zullen vorderen
Definition
they will progress(indicative future)
Term
ik zou vorderen
Definition
I would progress(conditional future)
Term
jij zou vorderen
Definition
you(singular) would progress(conditional future)
Term
hij zou vorderen
Definition
he would progress(conditional future)
Term
wij zouden vorderen
Definition
we would progress(conditional future)
Term
jullie zouden vorderen
Definition
you(plural) would progress(conditional future)
Term
zij zouden vorderen
Definition
they would progress(conditional future)
Term
ik zal gevorderd hebben
Definition
I will have progressed(future perfect)
Term
jij zult gevorderd hebben
Definition
you(singular) will have progressed(future perfect)
Term
hij zal gevorderd hebben
Definition
he will have progressed(future perfect)
Term
wij zullen gevorderd hebben
Definition
we will have progressed(future perfect)
Term
jullie zullen gevorderd hebben
Definition
you(plural) will have progressed(future perfect)
Term
zij zullen gevorderd hebben
Definition
they will have progressed(future perfect)
Term
ik zou gevorderd hebben
Definition
I would have progressed(conditional future perfect)
Term
jij zou gevorderd hebben
Definition
you(singular) would have progressed(conditional future perfect)
Term
hij zou gevorderd hebben
Definition
he would have progressed(conditional future perfect)
Term
wij zouden gevorderd hebben
Definition
we would have progressed(conditional future perfect)
Term
jullie zouden gevorderd hebben
Definition
you(plural) would have progressed(conditional future perfect)
Term
zij zouden gevorderd hebben
Definition
they would have progressed(conditional future perfect)
Term
vorder
Definition
progress(imperative)
Supporting users have an ad free experience!